Volgens de Wall Street Journal wil Netflix distributie-overeenkomsten smeden met TV-operators in de VS. Dit gerucht ging vorig jaar ook al, maar nu zou ook Comcast aan boord zijn. Netflix zou eisen dat de operators meedoen met Open Connect, het CDN van Netflix waardoor content dichter bij abonnees staat en met een betere kwaliteit gestreamd kan worden. De operators zouden dit niet wensen en houden vol dat dat niet nodig is. Eerdere distributiedeals betreffen over het algemeen makers van hardware (zoals Samsung, Sony en Philips) en software (zoals Google), maar ook een paar Europese kabelbedrijven.
Het gerucht onderstreept een paar kernelementen in de strategie van Netflix. Het kan allemaal samengevat worden onder de noemer focus. Focus is niet alleen goed voor de klant, die daardoor precies weet wat Netflix wel en niet is, maar ook voor de concurrentie-positie.
Waar uitbreiden van de Netflix-dienst erg voor de hand ligt, weigert de onderneming dit stelselmatig. Er komt geen sport bij, geen live events en geen titels die net uit de bioscoop verdwenen zijn. Sport en live events hebben over het algemeen een te korte houdbaarheid, terwijl Netflix juist kiest voor content die niet erg afhankelijk is van de actualiteitswaarde. Dat is een kwestie van kosten. Verse bioscoopfilms gaat Netflix ook uit de weg - niet uit principe maar eveneens vanwege de kosten. Het abonnementsbedrag (8 euro per maand) is immers dermate laag gekozen, dat dure content vermeden wordt. De eenvoud gebiedt dat Netflix werkt met een SVOD-model (subscription VOD) en dus niet zal kiezen voor PPV (pay-per-view).
Lineaire TV zal Netflix evenmin aanbieden. Dat is meer een kwestie van rechten (die moeilijk te verwerven zijn), maar ook een strategische zet: hierdoor vermijdt men de concurrentie met de traditionele TV-operators (kabel, satelliet, IPTV). Netflix kan dus met recht stellen dat het eerder complementair is aan live TV dan substitutioneel. Het bovenstaande gerucht, en recente deals met Virgin Media UK en Com Hem (Zweden), laat onmiddellijk het voordeel van deze strategische keuze zien: de overlap en de concurrentie met TV-operators is zeer beperkt. Er is natuurlijk wel overlap met de VOD-catalogus, maar in dat opzicht betekent Netflix juist een mooie aanvulling op de portfolio van de operator.
Conclusie: Netflix vaart wel bij de scherpe focus die het gekozen heeft. Meer deals met operators volgen ongetwijfeld, maar daarbij merken we wel op dat Virgin Media en Com Hem tot de meer pragmatische kabelbedrijven behoren. Ze denken minder verticaal geïntegreerd en staan open voor het leveren van diensten over niet-eigen infrastructuur. In Nederland komen zowel de kleine kabelaars als UPC (net als Virgin een Liberty Global dochter) en het enigszins eigenzinnige Ziggo in aanmerking voor samenwerking met Netflix. Maar natuurlijk ook de IPTV-aanbieders en zelfs CanalDigitaal, dat geen VOD-aanbiedt maar wel breedband wederverkoopt.
