ByteDance, de eigenaar van TikTok, heeft een Amerikaans hof van beroep om extra tijd gevraagd om een mogelijke verkoop van zijn activiteiten in de VS uit te werken, daarbij verwijzend naar een gebrek aan communicatie van de Amerikaanse regering vóór de deadline van 12 november om de app te verbieden. Het verzoek is ingediend bij het Amerikaanse Hof van Beroep voor het DC Circuit, meldt de Wall Street Journal.
Het bedrijf zei dat het besluit van de Amerikaanse regering om een TikTok-verkoop af te dwingen "willekeurig en grillig" was en het bedrijf volgens de wet een eerlijk proces ontzegde. Het bedrijf zei dat het in uitgebreide besprekingen was geweest met de Commissie buitenlandse investeringen in de VS om zijn zorgen weg te nemen, maar dat de feedback de afgelopen weken in wezen was gestopt, zelfs toen de deadline naderde.
De Amerikaanse overheid heeft betoogd dat ze probeert te voorkomen dat data over Amerikaanse TikTok-gebruikers worden gedeeld met de autoritaire regering van China, wat TikTok zegt dat ze dat nooit zou doen. President Donald Trump vaardigde in augustus een uitvoerend bevel uit waarin hij verklaarde dat TikTok moet worden verkocht aan een Amerikaans bedrijf, anders zou het in de VS worden verboden.
Onder een voorlopige deal die in september werd bereikt, zouden Oracle en Walmart samen 20 procent in TikTok Global nemen, een nieuw in de VS gevestigd bedrijf dat de wereldwijde service zou runnen. Een van de belangrijkste knelpunten in de voortdurende onderhandelingen is de omvang van het belang dat ByteDance in TikTok zal behouden, zeggen mensen die bekend zijn met de kwestie.
TikTok stelt dat de gesprekken om die deal af te ronden gewoon doorgaan. "We blijven ons inzetten om met de regering samen te werken - zoals we altijd al hebben gedaan - om de problemen op te lossen die ze aan de orde hebben gesteld, maar onze juridische uitdaging vandaag is een bescherming om ervoor te zorgen dat deze discussies kunnen plaatsvinden," aldus een TikTok-woordvoerder.
Een federale rechter in Philadelphia heeft eerder een voorlopige voorziening uitgesproken tegen het bevel van 12 november, in een rechtszaak aangespannen door drie TikTok-sterren.
