Jongeren tussen 16 en 28 jaar gebruiken meerdere vormen van berichten versturen (tweeten, posten, whatsappen en sms’en), afhankelijk van de geadresseerde. Berichten worden voornamelijk thuis vanaf de bank of vanuit het openbaar vervoer verstuurd. Dat blijkt uit een onderzoek van KPN’s jongerenmerk Hi onder 760 jongeren.
62 procent van de respondenten geeft aan vooral vanaf de bank berichten te versturen, 44 procent stelt veel tijdens een rit met het openbaar vervoer berichten te versturen. Jongeren gebruiken verschillende vormen van messaging voor verschillende mensen. Zo sms’en jongeren het meeste met hun ouders, om praktische berichten door te geven. Whatsappen is vooral een sociaal bindmiddel om contact te houden met hun vrienden (87%) en hun vriend of vriendin (49%). Bijna een derde van de jongeren stuurt meer dan 30 whatsappjes per dag.
WhatsApp en Facebook zijn de koplopers onder de social en messaging media; sms en Twitter zijn minder populair. Op Facebook is wekelijks tweederde van de jongeren actief, via Twitter eenderde. Hoewel de jaarcijfers van Facebook een teruggang laten zien in gebruikersaantallen onder jongeren, ten gunste van andere social en messaging media zoals Tumblr en Instagram, blijft Facebook het populairst in het onderzoek van Hi.
Een veel geliked, gedeeld, gepord, gerespect of geretweet bericht heeft een positief effect op jongeren. Zij geven in het onderzoek aan dat een populaire post meer zelfvertrouwen geeft (45%), creativiteit weergeeft (35%), of een boost in het aanzien bij vrienden geeft (17%). Jongens (20%) denken vaker dat een goede post hun aanzien een boost geeft onder vrienden, vergeleken met meisjes (14%).
