Het afstaan door de Amerikaanse overheid van de controle over de Internet Corporation for Assigned Names and Numbers (ICANN) zal niet leiden tot meer invloed op het internet van landen zoals China en Rusland. Dat stelt Fadi Chehadé, president en CEO van de organisatie die mondiaal hoofddomeinnamen (top level domain names) en de daaraan gekoppelde numerieke (IP-)adressen beheert, aldus Reuters.
Chehadé reageert op zorgen van onder meer Amerikaanse politici dat landen met een meer of minder restrictief internetbeleid – zoals Rusland, China en Iran – hun grip op internet kunnen vergroten en de toegang ertoe voor hun burgers makkelijker kunnen beperken. “Iedereen kijkt naar drie of vier landen met een dergelijk beleid, maar men vergeet de circa 150 landen met vergelijkbare normen en waarden op internetgebied.” Volgens Chehadé is er weinig kans dat een enkel land de controle over ICANN kan verkrijgen.
De National Telecommunications and Information Administration, onderdeel van het Amerikaanse ministerie van Handel, gaf halverwege maart aan dat het de invloed op ICANN wil overdragen aan een mondiale ‘multistakeholder gemeenschap’. Het heeft ICANN gevraagd om op internationaal niveau een nieuw organisatiemodel te ontwikkelen, waarna de invloed van de NTIA in het toezicht op het wereldwijde Domain Name System (DNS) beëindigd kan worden.
De VS stond het afgelopen jaar onder toenemende druk om zijn controle over ICANN stop te zetten na het bekend worden van spionagepraktijken door Amerikaanse veiligheidsdiensten zoals de NSA. Chehadé verwacht at er op 7 april meer bekend wordt over het nieuwe organisatiemodel voor ICANN.
