Het Forum of Incident Response and Security Teams (FIRST), heeft het lidmaatschap van Huawei opgeschort. Dat meldt de Wall Street Journal. Het besluit volgt op maatregelen van de Amerikaanse overheid, die de export van technologie naar Huawei beperkt heeft na beschuldigingen over te nauwe banden met de Chinese regering en bijbehorend gevaar voor spionage via achterdeurtjes in software van Huawei.
De groep stelt dat sommige informatie die werd gedeeld op haar mailinglijsten, in haar werkgroepen en tussen leden, onder de nieuwe Amerikaanse regels zou kunnen vallen. Advocaten hadden daarom de opschorting van het lidmaatschap van Huawei aanbevolen. De opschorting is tijdelijk, de organisatie stelt samen met Amerikaanse functionarissen eraan te werken om de banden met Huawei te herstellen.
De schorsing betekent dat Huawei niet langer deelneemt aan discussies over softwareproblemen. Dat kan het vermogen van het bedrijf beperken om gaten in zijn eigen software- en hardware te repareren. Huawei heeft ook geen toegang meer tot gevoelige discussies binnen de Special Interest Groups van First. Die groepen delen details over cybersecurity-kwetsbaarheden tussen lidorganisaties. Het kan ook geen geautomatiseerd platform gebruiken voor het delen van informatie over malware.
Huawei: VS haalt alles uit de kast
Een woordvoerder van Huawei wil geen commentaar geven op de opschorting. Het bedrijf benadrukt alleen dat de VS 'elk hulpmiddel waarover het beschikt' gebruikt om de activiteiten van Huawei te verstoren. Het bedrijf zei onlangs ook dat het bereid was om een eeuwigdurende licentie te verkopen voor al zijn 5G-kennis.
Zoals verwacht heeft Huawei op 19 september zijn Mate 30-smartphone uitgebracht, het eerste toestel zonder officiële Google-apps en -diensten. Huawei is door de Verenigde Staten op een zwarte lijst gezet, als gevolg waarvan Amerikaanse bedrijven geen producten- en diensten meer mogen leveren aan Huawei.
Over FIRST
FIRST, een wereldwijde handelsgroep van bedrijven, overheden en experts is in de jaren negentig opgericht om inbreuken op de computerbeveiliging aan te pakken en informatie over kwetsbaarheden te delen. Het idee was om internationale samenwerking te stimuleren bij het aanpakken en voorkomen van hack-incidenten. Leden zijn vertegenwoordigers van bedrijven zoals Cisco, Hitachi, Siemens en Juniper en de cybersecurity-afdeling van het Amerikaanse Department of Homeland Security en het National Cyber Security Centre van het VK.
