Lokale en regionale commerciële radiostations kunnen hun vergunning laten intrekken, maakt het Agentschap Telecom bekend. De vergunning komt dan in een veiling weer op de markt, met een regiogerichtheidseis van 10 procent.
Langs deze weg bieden het ministerie van EZ en het AT een oplossing voor het probleem met de regiogerichtheid – de verplichting in de vergunning om een percentage van de uitzendtijd te vullen met lokale programma’s.
De vergunninghouders hebben deze percentages zelf aangegeven in de vergelijkende toetsen in 2003 en 2007. Bij de verlenging van de vergunningen zijn deze percentages opnieuw ongewijzigd opgenomen in de vergunningen die gaan gelden na 1 september 2017. Deze verlenging met 5 jaar kwam er op dringend verzoek van de Tweede Kamer.
Bij die verlengingen blijkt de oude eis van lokale content echter een juridisch obstakel. Veel stations halen hun norm niet, onder meer omdat ze muziek draaien die niet uit de streek afkomstig is, maar bijvoorbeeld uit Engeland of Amerika.
De overheid ziet geen mogelijkheid om de vergunningen aan te passen die op 1 september 2017 gaan gelden. Een nieuwe vergunning is de enige manier. De radiozenders krijgen toestemming om in de tussentijd te blijven uitzenden, mits ze de gelden voorwaarden blijvend naleven.
Agentschap Telecom handhaaft eisen
De toezichthouder handhaaft die eis ook, blijkt uit een procedure bij de rechtbank Rotterdam. Bij een controle op vijf vergunningen van RadioNL heeft het AT vastgesteld dat dat station 8 tot 15 procent regionale inhoud haalde, ver onder de 64-68 procent die in de vergunning staat.
Het AT heeft daarom aan RadioNL een last onder dwangsom opgelegd en de Rechtbank Rotterdam heeft die niet van tafel gehaald. Het gaat hierbij nog om wel een voorziening. De zaak is nog niet afgerond.
