De ACM gaat de kosten voor toezicht en handhaving voortaan jaarlijks doorberekenen. Dat schrijven Minister Henk Kamp van Economische Zaken en minister Schultz van Haegen van Infrastructuur en Milieu in een brief aan de Tweede Kamer. De brief betreft de uitkomsten van de publieke internetconsultatie, inzake harmonisatie van kostendoorberekening door de ACM aan de partijen waarop zij toezicht houdt.
Een wetsvoorstel op dit punt ligt momenteel bij de Eerste Kamer. De Tweede Kamer heeft het wetsvoorstel op 17 december 2013 al aangenomen. Het betreft artikel 6a van de Instellingswet ACM. Op grond van het voorgestelde artikel 6a wordt de doorberekeningssystematiek uitgewerkt in een Algemene Maatregel van Bestuur, het Besluit doorberekening kosten ACM.Het wetsvoorstel betreft een wijziging van de Instellingswet Autoriteit Consument en Markt en enige andere wetten in verband met de stroomlijning van het door de Autoriteit Consument en Markt te houden markttoezicht op de sectoren telecom, post, energie en vervoer.
Het gaat om harmonisatie van de doorberekening van de kosten die de ACM maakt aan organisaties waar de instantie toezicht op houdt. Door de samenvoeging in 2013 van Opta, de Consumentenautoriteit en de NMa zijn er ook diverse berekeningsmethoden van de afzonderlijke organisaties bij elkaar gekomen. Deze methoden moeten met het Besluit doorberekening kosten ACM geharmoniseerd worden.Voor deze harmonisatie hebben EZ en Infrastructuur en Milieu zich in het ontwerpbesluit gebaseerd op het rapport 'Maat Houden' over de doorberekening van toezicht- en handhavingskosten.
In het najaar van 2013 is er al een bijeenkomst geweest waarbij EZ en I&M de meeste betrokken marktpartijen hun visie op de kostenverschillen en harmonisatie ervan hebben uitgewisseld en waarbij de uitgangspunten van de nieuwe berekeningssystematiek zijn toegelicht. Op het concept ontwerpbesluit dat hier uit volgde, is tijdens de internetconsultatie tussen 10 maart en 6 april 2014 door 13 partijen gereageerd. De meeste reacties betroffen de keuze tussen jaarlijkse en meerjarige tarieven.
Tijdens de eerste bijeenkomst gaven de meeste marktpartijen aan een voorkeur te hebben voor meerjarige tarieven, omdat dit een administratieve lastenverlichting betekent ten opzichte van een jaarlijkse kostendoorberekening. In het concept ontwerpbesluit werd daarom van meerjarige tarieven uitgegaan. Tijdens de internetconsultatie benadrukten een aantal partijen echter dat bij meerjarige tarieven veranderingen in de kostenontwikkeling van de ACM en in de omzetontwikkeling van marktorganisaties pas na een aantal jaren in de tarieven tot uitdrukking komen. De voorgestelde aanpassingen, zoals het achteraf corrigeren van meerjarige tarieven voor omzetfluctuaties, zorgt echter weer voor meer administratieve rompslomp. Daarom is uiteindelijk besloten om toch voor jaarlijkse tarieven te gaan.
De partijen die hebben gereageerd tijdens de publieke internetconsultatie, zijn: VNO-NCW, de Pensioenfederatie, Netbeheer Nederland, Energie-Nederland, PostNL, BCPA (Business Communication Providers Alliance), Bird&Bird (namens Caiway, NL Kabel, Tele2, UPC, T-Mobile, Vodafone en Ziggo), KPN, Havenbedrijf Rotterdam, Havenbedrijf Amsterdam, VRC (Vereniging van Rotterdamse Cargadoors), KVNR (Koninklijke Vereniging van Nederlandse Reders) en Havenbranchevereniging ORAM.
