De Autoriteit Consument & Markt (ACM) verwelkomt de nieuwe mogelijkheden die de Telecommunicatiewet biedt de concurrentie op de vaste telecommarkt te bewaken. De Tweede Kamer stemde vandaag in met het uitbreiden van het instrumentarium van de ACM. De toezichthouder verwacht hiermee de telecommarkt beter te kunnen laten werken voor burgers en bedrijven.
Volgens Manon Leijten, bestuurslid ACM, blijkt in de huidige coronacrisis des te meer hoe belangrijk vaste netwerken zijn om ervoor te zorgen dat mensen verbonden blijven, om te kunnen blijven werken, leren en te ontspannen. "De nieuwe wetgeving gaat ons als ACM meer mogelijkheden geven om telecomaanbieders zonder eigen netwerk toegang te geven tot een vast netwerk, als dat nodig is om de markt goed te laten werken. We zijn blij dat de Tweede Kamer het belang hiervan onderschrijft."
Risico's op vaste telecommarkt
De ACM ziet risico’s voor de concurrentie op de vaste telecommarkt, als telecomaanbieders zonder eigen netwerk niet tegen redelijke voorwaarden toegang krijgen tot de landelijke netwerken van KPN (koper, glasvezel) en VodafoneZiggo (coax). De ACM stelt om die reden de ontwikkelingen in de markt op de voet te volgen. Ook verkent de toezichthouder verschillende mogelijkheden uit de Telecommunicatiewet en de Mededingingswet, om zonodig in te grijpen als diensten voor consumenten en bedrijven verslechteren door een gebrek aan concurrentie.
Het nieuwe instrument biedt de ACM een extra mogelijkheid om ervoor zorgen dat partijen die actief willen worden op de telecommarkt, toegang kunnen krijgen tot een vast telecomnetwerk. De toezichthouder noemt dee voorgestelde uitbreiding van de bevoegdheden op dit gebied een positieve ontwikkeling, die bijdraagt aan beter werkende markten, lagere prijzen, meer innovatie en betere dienstverlening voor mensen en bedrijven.
Niet automatisch toegang
Momenteel hebben aanbieders van telecomdiensten zonder eigen netwerk niet automatisch recht op toegang tot de twee landelijke netwerken tegen redelijke voorwaarden. Dat is een gevolg van de uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) afgelopen maart in de zaak rond het marktanalysebesluit Wholesale Fixed Access van de ACM.
Volgens het CBb heeft de ACM niet aangetoond dat VZ en KPN, in afwezigheid van regulering, gezamenlijk AMM hebben. De uitspraak van het CBb, als eindrechter, is definitief. Hierdoor is het besluit van de ACM over recht op toegang tot zowel het netwerk van VodafoneZiggo als dat van KPN vernietigd.
KPN heeft na de uitspraak zijn toegangsaanbod gecontinueerd, maar daarbij het aanvullend aanbod zoals dat was opgelegd in het vernietigde besluit niet doorgezet. VodafoneZiggo heeft zijn toegangsaanbod direct na de uitspraak van het CBb ingetrokken.
De ACM bekijkt momenteel of de positie van aanbieders zonder eigen netwerk hiermee voldoende geborgd is. Staatssecretaris Mona Keijzer van Economische Zaken en Klimaat (EZK) stelde eerder in een brief aan de Tweede Kamer dat de uitspraak van het CBb het belang onderstreept om zo snel mogelijk aanvullende mogelijkheden te creëren voor de ACM om de toegang tot Nederlandse telecomnetwerken te reguleren. De staatssecretaris diende hiertoe in november 2019 een wetsvoorstel in.
De ACM benadrukt dat als partijen op de telecommarkt problemen ervaren die ervoor zorgen dat ze geen concurrerend aanbod kunnen bieden aan consumenten of bedrijven, ze dit kunnen melden bij de ACM. De toezichthouder bestudeert de ontwikkelingen op de markt en grijpt in als daar aanleiding voor is.
