TNO heeft de effecten van alle (social) media en technologische ontwikkelingen op de meldkamers onderzocht. Ook is gekeken naar welke mogelijkheden deze ontwikkelingen bieden voor ‘de meldkamer van de toekomst’.
Het onderzoek vond plaats in opdracht van - en samen met - het ministerie van Justitie en Veiligheid, de landelijke hulpdiensten van politie, brandweer en ambulance en Koninklijke Marechaussee en de Landelijke Meldkamer Samenwerking (LMS), als onderdeel van het onderzoeksprogramma Het Nieuwe Melden.
Met sensoren, digitale communicatiemogelijkheden en kunstmatige intelligentie van nu en morgen heeft de meldkamer alle kans de eigen informatiepositie te versterken, zo blijkt uit het onderzoek. Daarmee kan een incident sneller en effectiever afgehandeld of zelfs voorkomen worden. Het gaat dan om een foto die net wat meer vertelt over een dader of een algoritme dat voorspelt waar de grootste kans is op een brand. In de publicatie 'Op weg naar Het Nieuwe Melden' wordt gekeken wat de meldkamer moet doen om bij te blijven bij de veranderende maatschappij.
Ook is expliciet onderzocht wat de impact is van beeld bij meldingen, hetgeen heeft geleidt tot de publicatie ‘Wie kijkt er mee? Het Nieuwe Melden. De impact van beeld’.
Meld-dingen
Het aantal middelen dat automatisch incidenten kan detecteren en melden (Internet of Things-devices, ofwel meld-dingen) neemt in hoog tempo toe. Auto’s die automatisch 112 bellen bij een ongeluk en smartwatches die waarschuwen als de eigenaar hard valt of een ernstige hartritme-afwijking heeft. Ook hierdoor kunnen incidenten eerder gemeld worden aan de meldkamer en kan extra informatie worden meegegeven.
Sensorsystemen die zelfstandig, zonder tussenkomst van de mens, incidenten detecteren en contact opnemen met de meldkamer of een private alarm centrale (PAC) worden 'meld-dingen' genoemd. In het onderzoek Wie Meldt er nog? heeft TNO ook verkend wat de mogelijkheden en de gevolgen van het melden door 'meld-dingen' zijn voor het meldkamerdomein.
