13 procent van de Nederlanders meet wel eens zijn gezondheid en/of conditie met behulp van een online of mobiele applicatie zoals een app, een hartslagmeter of een smartwatch. Nog eens tien procent van de Nederlanders doet dit nu niet meer, maar geeft aan dit in het verleden wel eens te hebben gedaan. De meeste Nederlanders hebben dit echter nog nooit gedaan (73%). Nog eens 4 procent weet het niet. Dat blijkt uit een onderzoek van GfK onder 20.000 respondenten in 16 landen, waaronder ruim 1.000 Nederlanders.
Nederland staat volgens GfK onderaan de lijst als het gaat om het zelf meten van conditie of gezondheid met een wearable zoals een smartwatch of via een online of mobiele app op de smartphone. Gemiddeld meet in de 16 onderzochte landen 33 procent van de mensen wel eens lichaamsfuncties zoals hartslag, bloeddruk, ademhaling, hardloopsnelheid of aantal stappen. 18 procent geeft aan dit in het verleden wel eens te hebben gedaan.
In de top 5 staat China bovenaan, met 45 procent van de respondenten die aangeeft dit nu te doen. In Brazilië en de VS meet 29% van de bevolking hun gezondheid en conditie, gevolgd door Duitsland (28%) en Frankrijk (26%). Wereldwijd gezien meet 55 procent van de respondenten hun gezondheid en conditie om in vorm te blijven of te verbeteren. 50 procent gebruikt meetapparatuur om zichzelf te motiveren en 35 procent wil hun energieniveau verhogen.
Nederlanders in de leeftijdsgroepen 15-19 en 20-29 jaar meten het meest hun gezondheid en conditie (beide 21%). De leeftijdsgroep 30-39 jaar volgt daarna met 15 procent. Naarmate de leeftijd toeneemt, daalt het aantal personen dat zijn gezondheid en conditie zelf meet. Bij 60+ ers is dit bijvoorbeeld 7 procent. Meer mannen dan vrouwen meten wel eens hun gezondheid of conditie met mobiele of online apps (16 tegen 10%), een even groot percentage (10%) bij beide groepen heeft dit in het verleden gedaan.
