Telefoon- en chatgesprekken van duizenden Nederlanders uit de periode 2010-2011 zijn in handen gekomen van het Australische technologiebedrijf Appen. De gegevens zouden zijn geleverd door de Britse geheime dienst GCHQ, zo stelt de Volkskrant op basis van gesprekken met telecomdeskundigen.
De Britse dienst was volgens mediaberichtgeving uit de afgelopen jaren samen met de Amerikaanse dienst NSA verantwoordelijk voor het structureel afluisteren en aftappen van privé en zakelijke communicatie in Europese landen zoals Nederland en België. De Britten zouden datasets met de afgetapte privécommunicatie van Nederlanders aan Appen hebben geleverd zodat die software kon verbeteren om spraak om te zetten naar tekst.
Dit is naar buiten gebracht door een voormalige, Nederlandse medewerkster van het bedrijf, die onder meer een voice-mailbericht tegenkwam van haar ex-vriend. Deze ex was klant van Vodafone. Hij heeft bevestigd nooit toestemming te hebben gegeven voor het delen van zijn communicatie.
De Volkskrant schrijft dat twee anonieme, hooggeplaatste managers van grote Nederlandse telecombedrijven stellen dat zij gespreksgegevens van klanten niet aan derde partijen geven, tenzij het gaat om een verzoek van politie- of veiligheidsdiensten. Een woordvoerder van Vodafone Nederland laat weten dat de operator nooit heeft samengewerkt met Appen.
Het Australische bedrijf ontkent dat het communicatiegegevens via GCHQ te hebben gekregen. Het zou alleen werken met communicatiegegevens die met goedkeuring van betrokkenen zijn afgegeven.
De Nederlandse overheid wil de mogelijkheid voor geheime diensten AIVD en MIVD vergroten om communicatieverkeer af te tappen, onder meer door ook toe te staan dat zij via een 'sleepnet' methode communicatieverkeer via vaste netwerken mogen afluisteren. Dat staat in de nieuwe inlichtingenwet Wiv, die nog door de Tweede Kamer en de Raad van State moet worden behandeld.
