Het ministerie van OCW en de omroepbranche krijgen van de Tweede Kamer een half jaar om zonder extra wetgeving afspraken te maken over signaalneutraliteit, de 'netneutrale' doorgifte van tv-signalen. Dat is de inzet van Martijn van Dam (PvdA). De Tweede Kamer heeft de stemmingen over de Mediawet 2008 uitgesteld, op verzoek van de PvdA, met steun van de VVD. Van Dam zal zijn amendement wijzigen over de kwaliteit van het signaal dat door pakketaanbieders wordt verspreid. In samenhang daarmee zal hij een motie indienen.
Het amendement van Van Dam in zijn huidige vorm luidt: “de programmakanalen worden integraal en ongewijzigd verspreid, met bijbehorende faciliteiten. Het is de pakketaanbieder niet toegestaan een deel van het signaal te blokkeren, te bewerken of te vervangen.” Met pakketaanbieder worden de kabelaars bedoeld, maar ook KPN of andere aanbieders op DSL en/of FTTH. Het half jaar uitstel is ook bedoeld om duidelijkheid te krijgen over de vraag of signaalneutraliteit in de Europese regels past, verduidelijkt hij in een reactie aan Telecompaper.
De toelichting maakt duidelijk dat de in de Telecommunicatiewet vastgelegde netneutraliteit ook moet gaan gelden voor omroepsignalen. Concreet gaat het daarbij om faciliteiten die worden meegezonden met het hoofdsignaal. Te denken valt daarbij onder andere aan faciliteiten ten behoeve van ondertiteling, gesproken ondertiteling voor blinden en slechtzienden, het nog relatief onbekende HbbTV en de daarmee meegezonden digitale informatie, het RDS-signaal, of andere diensten die worden meegezonden via dezelfde transmissieruimte als die wordt gebruikt voor de verspreiding van radio of televisieprogramma’s.
Het kabinet wil de programmaraden voor de analoge kabel afschaffen en vervangen door een generieke verplichting over de minimale omvang van het zenderpakket. De SP wil toch een vorm van invloed vastleggen, via zenderraden of onderzoek door het Commissariaat voor de Media. SP, ChristenUnie en 50PLUS willen de invulling van het pakket enigszins bijsturen, bijvoorbeeld door regionale of doelgroepenzenders verplicht door te laten geven. Daardoor is een lappendeken ontstaan van amendementen: op de stemmingslijst voor 18 juni stonden er vijftien, die deels van elkaar afhankelijk zijn.
