De ministerraad heeft ingestemd met een wetsvoorstel van minister Ivo Opstelten (Veiligheid en Justitie) om de straffen op cybercrime te verhogen. Op het vernielen van computergegevens, het ontoegankelijk maken van computersystemen door aan wachtwoorden te sleutelen of het bestoken van computers met spam zodat deze vastlopen, komt een maximumstraf van twee jaar te staan. Nu is dat nog één jaar.
Als cybercriminelen deze straffen plegen met behulp van een botnet, dan bedraagt de maximumstraf drie jaar. Heeft cybercrime ernstige schade tot gevolg of richt het zicht tegen een vitale infrastructuur (zoals een overheidsnetwerk of energiecentrale), dan wordt de maximale gevangenisstraf op vijf jaar gesteld.
Minister Opstelten deed het voorstel voor het verhogen van de straffen in februari van dit jaar. Met de verhoging zet het kabinet een Europese richtlijn om in Nederlands recht. Volgens het kabinet voldoet Nederland al grotendeels aan de regels waartoe de richtlijn verplicht.
Als in alle Europese lidstaten dezelfde regels gelden voor strafbaarstelling van cybercrime, zouden de zogenoemde safe havens voor cybercriminelen verdwijnen. Het kabinet zegt cybercrime krachtig te willen aanpakken, omdat dit kan leiden tot maatschappelijke ontwrichting of aantasting van het vertrouwen in het financieel-economisch systeem.
Het wetsvoorstel wordt nog voor advies aan de Raad van State toegezonden. De tekst en het advies worden openbaar gemaakt bij indiening bij de Tweede Kamer.
