Bezuinigingen op toezicht hebben een averechts effect, waarschuwt NMa-collegevoorzitter Pieter Kalbfleisch. Hij sprak op 7 oktober op een congres in Scheveningen. De NMa heeft opdracht om tot en met 2011 20 procent te bezuinigen op het budget, waarvan voor 80 procent via reductie in het aantal fte’s. De NMA heeft in haar werkplannen aangegeven, dat een zeer groot deel van deze bezuiniging door efficiency-verbeteringen en alternatieve werkwijzen gerealiseerd kan worden. “Met het einde van dit voorgeschreven bezuinigingstraject in zicht wordt duidelijk, dat de NMA ook minder “producten” zal kunnen afscheiden.” Volgens zelfs de behoudendste schattingen levert toezicht aanmerkelijk meer op dan het kost, zegt hij, reagerend op kritiek dat de NMa wel erg ruim in zijn jasje zit.
Als eerste zullen taken verdwijnen die niet wettelijk verplicht zijn, zoals beleidsadvisering aan de wetgever, en ‘guidance’, door Kalbfleisch omschreven als het geven van duidelijkheid vooraf aan het bedrijfsleven. Deze guidance kwam als aanbeveling uit de laatste externe evaluatie van de NMa. Hij waarschuwt verder tegen plannen om het mededingingsrecht duaal te maken – ook de strafrechter daarin een rol te geven. Dit brengt zeker extra kosten met zich mee die niet kunnen worden terugverdiend. Hij werpt ook een aantal juridisch-inhoudelijke problemen op.
Kalbfleisch deelt niet de conclusie van ambtelijke werkgroep nummer 19, die tijdens de kabinetsonderhandelingen naar bezuinigingen heeft gezocht en adviseert om toezichthouders samen te voegen. Een fusie brengt geen echte voordelen, tenzij ook taken worden afgestoten of vereenvoudigd. “Door de als gevolg daarvan gecreëerde schaalgrootte moet gevreesd worden voor mindere betrokkenheid van het bestuur van een dergelijke super-toezichthouder bij het besluitvormingsproces, met alle gevolgen voor de kwaliteit en consistentie van de beslissingen.”
Met nog verdergaande bezuinigingen van het nieuwe kabinet in het vooruitzicht stelt de NMa dat ook het karteltoezicht daardoor in gevaar komt. “Een dergelijke ontwikkeling kan niet anders dan met zeer grote zorg tegemoet gezien worden, gezien het schadelijk karakter van kartels in het algemeen en de omstandigheid, dat Nederland een relatief jonge anti-karteltraditie heeft.” Effectief mededingingsklimaat verbetert de concurrentiepositie van een land juist, stelt hij verwijzend naar OESO-onderzoek.
