SURF spreekt zich uit tegen het plan om 8 MHz aan mobiel spectrum exclusief te reserveren voor het ministerie van Justitie en Veiligheid. De overheid wil een deel van de 700 MHz-band toekennen voor de toepassing OOV (openbare orde en veiligheid). Die exclusieve rechten voor een ministerie staan haaks op de doelstelling van de overheid om efficiënt gebruik te bevorderen, stelt Maurice van den Akker van SURF.
SURF is de ICT-leverancier en kennisbank van universiteiten, hogescholen en andere onderwijsinstellingen en gelieerde organisaties, zoals onderzoeksinstituten. SURF reageert op de openbare consultatie van een wijziging in het Nationaal Frequentieplan (NFP). Dit voorstel (Consultatie NFP wijzigingspakket 2018-1) heeft onder meer tot doel om de 700 MHz-band te wijzigen van ‘omroep’ naar ‘mobiele communicatie’.
700 MHz voor publieke diensten
Het ministerie krijgt eigen frequenties in de 700 MHz-band, staat in het wijzigingspakket. Het gaat om twee blokken van gepaard spectrum, van 2x5 MHz en 2x3 MHz. Ze zitten aan weerskanten van de ‘hoofdband’ in de 700 MHz.
“De band 698-703 MHz, gekoppeld met 753-758 MHz, en de band 733-736 MHz, gekoppeld met 788-791 MHz, worden bestemd voor (breedbandige) mobiele communicatie, en worden aangewezen aan het ministerie van Justitie en Veiligheid.”
Exclusiviteit kan innovatie belemmeren
Daarmee worden andere mogelijkheden afgesloten. SURF werpt de vraag op of de overheid van plan is en in staat is om daarvoor een eigen mobiel netwerk te ontwikkelen. De organisatie draagt als alternatief aan om OOV-communicatie aan te besteden bij een van de mobiele operators.
Dit andere spectrum kan dan op een andere manier worden ingezet, bijvoorbeeld in een model met gedeeld gebruik. Daarmee zou de overheid haar eigen doelstellingen beter halen.
Recht doen aan alle belangen
“Het is de taak van de overheid om frequentieruimte zodanig te verdelen dat zo goed mogelijk recht wordt gedaan aan de economische, maatschappelijke en culturele belangen die met frequentiegebruik zijn gemoeid. In tegenstelling tot de Nota Frequentiebeleid 2005 - waar het beleid vooral gericht was op het economisch belang - richt het beleid in de Nota Frequentiebeleid 2016 zich op de groter wordende maatschappelijke afhankelijkheid en het publieke belang van frequenties”, schrijft Van den Akker van SURF.
Weliswaar is er nog geen ervaring met innovatieve vormen van gedeeld gebruik, maar die ervaring komt er ook niet als je alle spectrum ‘op de klassieke manier’ vastlegt in exclusieve rechten. De overheid zou beleidsmatig ruimte over moeten laten en kunnen beginnen met een eenvoudig systeem, dat later wordt doorontwikkeld.
