
Sandvine, maker van netwerkapparatuur, heeft zijn ‘Fall 2010 Global Internet Phenomena Report’ gepubliceerd, een jaarlijks rapport. De belangrijkste observaties uit het rapport:
• Social networking (zoals Facebook) is een snel groeiende mobiele applicatie. In de VS bepaalt het inmiddels 33 procent van het verkeer.
• Internetverbindingen in Noord-Amerika zijn gemiddeld 3 uur per dag actief, in het Verre Oosten 5,5 uur.
• Data-consumptie over vaste lijnen is 4 GB per maand per huishouden in Noord-Amerika en 12 GB in het Verre Oosten.
• Real-time entertainment (streaming of gebufferd, zoals YouTube) is de snelst groeiende bron van data-consumptie, zowel op vaste als op mobiele netwerken, en maakt tot 43 procent van het verkeer uit in Noord-Amerika op vaste netwerken en tot 41 procent op mobiele netwerken. Netflix neemt daarvan een groot deel voor zijn rekening: meer dan 20 procent van het downstream verkeer tijdens piekuren (tussen 8 en 10 uur ’s avonds).
• In deze categorie is peer-to-peer (peercasting, zoals PPStream en PPLive) een groeiend fenomeen.
• Congestie komt het minst voor in Noord-Amerika, het meest in Latijns Amerika.
Dat zijn getallen en ontwikkelingen die voor zich spreken, maar we halen er toch twee uit. Netflix om te beginnen, met zijn bijdrage van 20 procent van het verkeer. Een indrukwekkend getal, dat het succes van over-the-top (OTT) video benadrukt. En dan te bedenken dat Netflix, dat begon met DVD-verhuur maar nu ook streamingdiensten aanbiedt, ‘slechts’ 16,9 miljoen abonnees heeft. Van hen neemt 66 procent ook de streamingdienst af.
Interessant is ook de ontwikkeling van peercasting. Dat is bij uitstek een applicatie die een goede upstreamsnelheid vereist. Waar het internet vooralsnog hoofdzakelijk een asymmetrische aangelegenheid is, zorgen applicaties als peercasting en videobellen voor de noodzaak van een goede uplink. Goed nieuws voor FTTH-aanbieders en reden voor de kabel om te werken aan de verbetering van hun uplink over Docsis 3.
En dan is er nog de trend dat de breedbandconnectie steeds meer voor streaming diensten gebruikt wordt. Oorspronkelijk ging het vooral om downloaden, of het nu om een webpagina, een bestand, een MP3 file of een video ging: eerst downloaden, dan lezen/luisteren/bekijken. In zo'n omgeving kunnen netwerkeigenaren zich een grote mate van overboeking veroorloven. Als steeds meer mensen overgaan op streaming (in de VS is dat wat Netflix alleen beteft al zo'n 8 procent van de bevolking), dan wordt overboeken moeilijker. Kabelnetwerken, die in het aansluitnetwerk 'shared' zijn en niet 'dedicated', zullen hier het eerst de gevolgen van voelen.