
Vodafone verkoopt zijn 44%-belang in het Franse SFR voor 8 miljard euro (7 miljard Britse pond) aan Vivendi. Wel blijft SFR voor Vodafone behouden als Partner Market. Het grootste deel van de opbrengst (4,5 miljard euro) wordt aangewend voor een extra inkoop van eigen aandelen, de rest voor schuldreductie.
Volgens eerdere geruchten wilde Vodafone 8 miljard pond zien, maar zou nu dus met iets minder genoegen nemen. Op de beurs reageert het aandeel evenwel positief (+2%). Vodafone geeft aan dat de waardering neer komt op 6,7x de EBITDA over boekjaar 2010. Op een vergelijkbare grondslag wordt Mobistar (waarover geregeld geruchten opduiken dat France Telecom de minderheidsaandeelhouders zou willen uitkopen) op 5,8x gewaardeerd, dus dan zou Vodafone toch niet mogen klagen. Natuurlijk wordt de prijs ook gedrukt doordat er maar een kandidaat was voor het belang: Vivendi.
Vodafone timmert stevig aan de weg als het gaat om 'portfolio management'. Het belang in Vodafone Essar is uitgebreid (terwijl een beursgang zou worden voorbereid) en volgens berichten is een veiling gaande voor het 25%-belang in het Poolse Polkomtel. In dit geval heeft Vodafone het voordeel dat er kandidaten genoeg zijn, zoals TeliaSonera, wat goed is voor de prijs. Eerdere berichten wijzen in de richting van een opbrengst van 4 miljard euro. De Value Creation Unit, ingericht in september 2010 met de belangrijkste minderheidsbelangen (SFR, Polkomtel, Bharti (4,4%) en Verizon Wireless (45%)), begint nu dus aardig leeg te raken. Laatstgenoemde is de echte grote vis (naar het schijnt 23 miljard pond), maar verkoop ligt lastig door een mogelijke belastingclaim bij verkoop.
Of Vodafone vervolgens overnames zou willen gaan doen om geografisch te expanderen is zeer de vraag. Om te beginnen wordt de opbrengst van SFR aangewend voor uitkering aan aandeelhouders en schuldreductie, maar bovendien heeft Vodafone een lange weg te gaan om de activiteiten in bestaande markten te verstevigen. Daartoe moet het investeren in mobiel breedband (zoals recent aangekondigd voor Italie, terwijl in Groot-Brittannie een veilig is gepland), in vaste diensten (met name televisie), in zakelijke diensten en in winkels (zoals onlangs in Nederland en mogelijk ook in Groot-Brittannie). Kortom, expansie ‘in de breedte’ ligt niet voor de hand, ‘in de diepte’ wel.