
Het aantal huishoudens met een smart tv groeit verder van 42 procent in de tweede helft van 2017 naar 46 procent in de eerste helft van 2018. In 20 procent van de huishoudens is een mediacenter zoals Apple TV of Google Chromecast aanwezig waarmee ook via het internet gekeken kan worden. Een sterke stijging ten opzichte van vorig jaar (15% in H2 2017). Het bezit van opnameapparatuur zoals een harddiskrecorder loopt daarentegen terug.
Dit blijkt uit de Media Standaard Survey (MSS) die door Kantar TNS wordt uitgevoerd in opdracht van SKO en andere organisaties die zich bezig houden met mediabereiksonderzoeken.
De groei van televisies met internettoegang en mobiele apparaten gaat gepaard met een stijgende populariteit van betaalde online videodiensten zoals Netflix, Videoland, NPO Start Plus en RTLXL Premium. 48 procent van de huishoudens maakt wel eens gebruik van betaalde online videodiensten, wat een jaar geleden nog 40 procent was. In één op de drie huishoudens (34%) worden online videodiensten op wekelijkse basis of vaker gebruikt, terwijl de helft van de huishoudens (49%) met kinderen (0-17 jaar) wekelijks gebruik maakt van een betaalde videodienst.
89 Procent van de Nederlanders van 13 jaar en ouder is in het bezit van een smartphone. In de tweede helft van 2017 was dit nog 85 procent, waardoor er sprake is van een significante stijging. De aanwezigheid van een laptop in Nederlandse huishoudens stijgt van 77 naar 79 procent. Het aantal huishoudens met een tablet is met 66 procent gelijk gebleven aan de tweede helft van 2017. Ondanks de groei in mobiele apparaten behoudt de televisie een prominente plek binnen het huishouden. 96 Procent heeft één of meerdere toestellen in huis.