
Het BIPT heeft een besluit genomen over de interoperabiliteit van GSM-R en GSM. Spoorbeheerder Infrabel is houder van de vergunning voor het spectrum in de 876,1-879,9/921 en1-924,9 MHz frequentieband, grenzend aan de GSM-900 vergunningen van de drie MNO’s. De maatregelen verplichten de MNO’s om hun masten in de nabijheid van spoorlijnen te laten voldoen aan normen voor het uitgestraald vermogen.
Die normen hebben als doel om interferentie te minimaliseren. BIPT meldt dat onderzoek weliswaar sinds 2012 geen concrete voorbeelden heeft opgeleverd van interferentie, maar het probleem kan optreden. In het algemeen kunnen er zich interferenties voordoen wanneer het niveau van het signaal afkomstig van de openbare mobiele operator veel sterker is dan het GSM-R-signaal.
Het grootste risico op interferentie ligt in het feit dat de ontvangers aan boord van locomotieven niet zijn voorzien van filters. De Europese Commissie heeft destijds besloten dat de GSM-R apparatuur moet kunnen roamen op de mobiele netwerken. Deze verplichting is echter sinds 1 juli 2015 niet meer van kracht.
Het BIPT stelt vast dat de beste oplossing – het vervangen van radio’s of het plaatsen van filters – niet realistisch is. Daarom komt er een overgangsperiode van vier jaar. De mobiele operators moeten alle antennes binnen 500 meter van een spoorlijn aanmelden. Infrabel meldt ook alle installaties aan, met als deadline 1 september.
Het BIPT stelt vervolgens de limieten vast voor het vermogen van de mobiele antenne. Indien er problemen ontstaan, werkt BIPT met de betrokken partijen aan een oplossing. Deze samenwerking gaat voorlopig vier jaar lang gelden.