
Het aantal cyberbedreigingen stijgt sterk waarbij misbruik wordt gemaakt van het vertrouwen van gebruikers in systemen, toepassingen en persoonlijke netwerken. Een wereldwijd tekort van bijna één miljoen beveiligingsprofessionals heeft negatieve gevolgen voor het vermogen van organisaties om hun netwerken effectief te monitoren en te beveiligen. Het totaal aantal cyber- en online dreigingen en kwetsbaarheden heeft het hoogste niveau bereikt sinds 2000. Dat blijkt uit het Cisco Annual Security-rapport.
Volgens het rapport ontstaat er een zorgwekkend beeld van snel evoluerende beveiligingsuitdagingen voor bedrijven, IT-afdelingen en eindgebruikers. Social engineering wordt steeds meer ingezet om wachtwoorden en gebruikersnamen te stelen. Zo wordt misbruik maken van het vertrouwen dat nodig is voor financiële transacties, overheidsdiensten en sociale interactie. Het aantal (geavanceerde) aanvallen op bedrijven en gebruikers stijgt snel. Eenvoudige aanvallen die slechts beperkte schade opleveren, worden vervangen door goed georganiseerde en gefinancierde criminele operaties die volgens Cisco zeer geavanceerd zijn en die aanzienlijke economische en reputatieschade kunnen veroorzaken bij slachtoffers uit zowel de publieke als de private sector.
De toenemende complexiteit van dreigingen in combinatie met de snelle groei van intelligente mobiele apparaten en cloud computing zorgt ervoor dat er meer aanvalsmogelijkheden zijn dan ooit. Nieuwe typen apparaten en nieuwe soorten infrastructuur bieden aanvallers nieuwe kansen om misbruik te maken van onvoorziene kwetsbaarheden en van onvoldoende beveiligde middelen.
In het rapport schrijft Cisco dat cybercriminelen hebben ontdekt dat de internetinfrastructuur veel meer mogelijkheden biedt voor het stelen van gegevens dan alleen toegang tot pc’s of andere endpoints. Met grootschalige aanvallen of het infecteren van websites proberen cybercriminelen toegang te krijgen tot webservers, nameservers en datacentra. Door zich op de internetinfrastructuur te richten, ondermijnen aanvallers het vertrouwen van gebruikers in alle systemen en diensten die verbinding maken met internet of die daarvan afhankelijk zijn. Het uiteindelijke doel is om aanvallen uit te voeren op de talloze toepassingen, diensten en gebruikers die gebruikmaken van deze middelen.
Volgens Rik Chorus, Product Specialist Security Cisco Nederland, blijkt verder dat aanvallers steeds slimmere technieken en methodes inzetten en dat ze steeds meer georganiseerd zijn.Het netwerk wordt steeds meer de centrale spil in alle cybercrime- en beveiligingsinspanningen. Daarom is het bedrijfsnetwerk zelf ook de plek waar gemonitord moet worden en waar beveiligingsmaatregelen het meeste effect hebben, aldus de security specialist. Via dat netwerk kan je precies zien welke applicaties er draaien, wat voor dataverkeer er is en welke devices zijn aangesloten. Een optimale beveiligingsaanpak vraagt dan ook om een volledig geïntegreerde inzet van zowel netwerk- als beveiligingsmiddelen.
Conclusies:
- Het aantal kwetsbaarheden en dreigingen heeft het hoogste niveau bereikt sinds in mei 2000 werd gestart met het monitoren ervan. Eind oktober 2013 lag het totale aantal beveiligingsmeldingen op jaarbasis 14 procent hoger ten opzichte van 2012.
- Er ontstaat mondiaal een tekort van bijna 1 miljoen beveiligingsprofessionals in 2014. De technologie en tactieken die cybercriminelen inzetten om in te breken op netwerken en data te stelen, zijn dermate geavanceerd dat ze het vermogen ondermijnen van IT- en beveiligingsprofessionals om deze dreigingen aan te pakken. De meeste organisaties beschikken niet over de mankracht of de systemen om netwerken continu te monitoren en infiltraties te detecteren, en vervolgens tijdig en effectief de juiste beschermingsmaatregelen te nemen.
- Bij een steekproef van de netwerken van 30 grote multinationals, werd op 100 procent daarvan dataverkeer gedetecteerd naar websites die malware hosten. Op 92 procent van de onderzochte netwerken werd verkeer gegenereerd naar webpagina’s zonder enige content. Dit soort sites wordt vaak gebruikt voor het hosten van kwaadaardige content.
- Het aantal Distributed Denial of Service (DDoS) –aanvallen, die het dataverkeer naar en van websites onderbreken en ISP’s kunnen platleggen, is toegenomen in frequentie en in omvang. Sommige DDoS-aanvallen zijn bedoeld om andere kwaadaardige activiteiten te verbergen, zoals financiële fraude voor, tijdens en na afloop van een opvallende en afleidende DDoS-campagne.
- Trojans zijn de meest via internet verspreide malwarevorm, met 27 procent van het totale aantal detecties in 2013. Kwaadaardige scripts, zoals exploits en iframes, komen op de tweede plaats, met (23%). Trojans die data proberen te stelen (wachtwoorden, logingegevens), of backdoors proberen te installeren, vormen 22 procent van de in 2013 waargenomen malware. De gestage afname in het aantal kwaadaardige hosts en IP-adressen (30% tussen januari en september 2013) suggereert dat malware steeds meer wordt geconcentreerd op een kleiner aantal hosts en IP-adressen.
- Java blijft de meest misbruikte programmeertaal van online criminelen. Volgens SourceFire, nu onderdeel van Cisco, is in 91 procent van de besmettingsgevallen sprake van Java-exploits.
- 99 procent van alle waargenomen mobiele malware richtte zich op Android-toestellen. Met 43,8 procent was Andr/Qdplugin-A de meest voorkomende mobiele malware, meestal in gemodificeerde kopieën van legitieme apps die gedistribueerd worden via niet-officiële marktplaatsen.
- Bij enkele specifieke sectoren, zoals de farmaceutische en chemische industrie en de elektronica-industrie, is historisch gezien de meeste malware gedetecteerd. In 2012 en 2013 was er bij landbouw- mijnbouwbedrijven een opmerkelijke groei te zien in het aantal malwaredetecties, voorheen voorheen sectoren met een relatief laag risco. Ook in de energie-, olie- en gasindustrie werd steeds vaker malware waargenomen.