De Wion functioneert goed, maar er zijn verbeterpunten. Dat schrijft EZ aan de Tweede Kamer, mede namens het ministerie van Verkeer en Infrastructuur. De Wet Informatieuitwisseling Ondergrondse Netten, de Wion, bestaat sinds 1 juli 2008 en is na (bijna) vijf jaar geëvalueerd. Alle netwerkbeheerders zijn verplicht om digitale kaarten te maken van hun kabels en leidingen, alle gravers zijn verplicht om die kaarten op te vragen en te gebruiken. Het Kadaster fungeert als schakelpunt, het Agentschap Telecom houdt toezicht.
Op basis van de evaluatie is EZ van plan om de Wion op een aantal punten aan te passen:
- Gegevens over huisaansluitingen moeten – indien beschikbaar – ook worden opgenomen in de database. Samen met gemeenten wordt gekeken of het haalbaar is om bij nieuwbouw ook alle huisaansluitingen in kaart te brengen.
- Netbeheerders hoeven voortaan nog maar één keer per jaar te rapporteren in plaats van twee keer per jaar. Voor beheerders met een net op eigen terrein (campings worden vaak als voorbeeld genoemd) wordt nog een oplossing gezocht.
- Het Kadaster zal administratieve processen verder vereenvoudigen en meer capaciteit vrijmaken voor netten met gevaarlijke inhoud, zoals aardgas en chemicaliën.
- Toezichthouder Agentschap Telecom richt zich op de doelgroepen waar het meest bereikt kan worden en streeft ernaar om sancties vaker bekend te maken, waarbij het overigens niet de bedoeling is om reputaties te ondergraven.
- EZ bekijkt samen met de sector of het nuttig is om de rol van de opdrachtgevers verder uit te werken. De nauwkeurigheid van kaarten en het melden van afwijkingen kunnen misschien nog beter.
- Er worden richtlijnen opgesteld voor het zorgvuldig graven en voor het zorgvuldig boren. Het Agentschap Telecom stelde in 2011 dat aannemers niet goed genoeg meten bij het doen van raketboringen.
