De hoogste Duitse rechtbank, het federale constitutionele hof, heeft een klacht van Uber afgewezen over het verbod op zijn taxi-app UberPop in Hamburg. Volgens het hof werd de klacht niet geaccepteerd wegens ‘een gebrek aan toelaatbaarheid’. Er werden geen inhoudelijke details gegeven over hoe het hof tot zijn besluit is gekomen. Er zijn geen juridische stappen meer mogelijk voor Uber, schrijft Reuters.
Het gemeentebestuur van Hamburg verbood het gebruik van taxi-app UberPop in juli 2014 omdat het vond dat Uber-chauffeurs speciale licenties nodig hadden om passagiers te mogen vervoeren. Eerder al verwierp een administratieve rechtbank een klacht van Uber over het verbod. Volgens Uber hebben automobilisten die de taxi-app gebruiken om passagiers te vinden geen licentie nodig omdat het geen professionele taxichauffeurs zijn.
Het Amerikaanse Uber heeft sinds de komst naar Europa in 2013 voor veel tegenstand gezorgd, zowel bij organisaties van taxichauffeurs als bij overheden. Recent vroeg Uber de Europese Commissie zich met een Frans verbod op UberPop te bemoeien. Volgens deze wet mag de taxi-app niet gebruikt worden omdat het oneerlijke concurrentie betekent voor professionele taxichauffeurs. Ook in Nederland blijft UberPop voorlopig verboden. Chauffeurs die met UberPOP tegen betaling personen vervoeren in een auto overtreden de wet als zij niet over een taxivergunning beschikken, zo stelt het CBp.
