De helft van de Nederlandse consumenten maakt dagelijks gebruik van mobiel internet. Ruim de helft van de Nederlanders (54%) met een mobiel toestel (smartphone of featurephone) heeft interesse in een overstap naar één van de beschikbare 4G-netwerken. Eveneens ruim de helft (52%) stelt niets aan hun smartphone te hebben zonder dat mobiel internet beschikbaar is. Dat blijkt uit onderzoek in opdracht van telecomretailer The Phone House onder ruim 1.000 Nederlanders.
28 procent van de respondenten verwacht dat een 4G-abonnement hun internetgebruik sterk zal veranderen. Ruim de helft van de ondervraagde toestelbezitters (55%) stelt bij een nieuw toestel te kijken naar de geschiktheid voor 4G-netwerken. Van de smartphone-bezitters onder de respondenten heeft 67 procent belangstelling voor een eventuele overstap naar een 4G-abonnement. 26 procent is bereid er meer voor te betalen. Van de respondenten die extra willen betalen, is 80 procent bereid tot zes euro per maand meer te betalen. Onder vrouwen is de animo wat geringer. 73 procent is bereid tot zes euro per maand extra te betalen voor 4G, tegen 89 procent van de mannen.
Momenteel wordt vooral WiFi-toegang gebruikt om via de smartphone gebruik te maken van internet. 72 procent van de smartphonebezitters gebruikt dagelijks WiFi om op internet te komen met hun toestel. De helft van de smartphonebezitters vindt dat de snelheid van mobiel internet beter kan. Vrouwen gebruiken per maand gemiddeld 724 MB aan data via hun smartphone, tegen 689 per maand per mannelijke gebruiker. 73 procent van dit dataverbruik komt voor rekening van messagingdiensten zoals WhatsApp.
Mannen gebruiken hun smartphone vooral om te bellen (70%), te WhatsAppen (63%) en te sms’en (29%). Bij vrouwen bestaat de top 3 van gebruikte functies uit WhatsAppen (73%), bellen (66%) en social media (32%). Gemiddeld komt bij alle smartphonebezitters bellen met 68 procent nog op de eerste plaats qua gebruik, een plek die gedeeld moet worden met messaging via mobiele diensten zoals WhatsApp. Sms’en komt gemiddeld op de tweede plaats met 27 procent, social-mediagebruik staat op drie met 25 procent.
