ProRail zegt technische maatregelen te hebben getroffen om ervoor te zorgen dat een storing zoals die zich eind mei voordeed, niet meer voor zal komen. Ook zal de spoorbeheerder zorgen voor meer noodtelefoons, verbetert hij de noodprocedure en gaan medewerkers op de posten vaker trainen met de noodprocedure.
De storing ontstond in een onderdeel van het telefoniesysteem, INTel, dat een koppeling verzorgt tussen de vaste telefoniesystemen op de Verkeersleidingsposten van ProRail en het zogenoemde GSM-R-netwerk. Dat systeem draait op twee aparte locaties in Nederland en is op elk van de locaties nog een dubbel uitgevoerd.
Het probleem ontstond echter in de synchronisatie van de gegevens tussen de vier systemen, waardoor alle back-up-systemen over dezelfde gegevens beschikten. Toen dat proces spaak liep, viel INTtel uit. Hierdoor konden verkeersleiders lastig contact leggen met machinisten in hun gebied.
Procedures vooral bedoeld voor kleinere storingen
Er waren wel procedures voor een storingsscenario, maar die bleken niet afdoende. Zij waren vooral gericht op kleinere storingen en niet gericht op een landelijke storing die het volledige treinverkeer raakt. Ook het aantal noodtelefoons was gebaseerd op kleinere verstoringen, waardoor niet alle posten over genoeg back-uptelefoons beschikten. Daardoor had ProRail naar eigen zeggen geen andere keus dan het treinverkeer beheerst stil te leggen.
ProRail neemt de geleerde lessen mee inhet project dat moet leiden tot het nieuwe telefoniesysteem GRI. Dat moet eind 2022 in gebruik genomen worden.
