
De Samsung Galaxy S4 is duurder om te maken dan zijn voorganger, concludeert IHS iSuppli. Het scherm is groter en in een hogere resolutie, de processor is sneller en het aantal sensoren is toegenomen. De HSPA+ versie heeft materiaalkosten van 236 dollar en ook nog 8,50 dollar productiekosten. Dat is 30,40 dollar of 15 procent meer dan bij de SIII. De LTE-versie is iets goedkoper, 233 dollar.
De hardware is niet wezenlijk veranderd, maar de specificaties zijn wel beter en dus duurder. De SIII heeft een 1280x720 (WXGA) scherm, de S4 een 1920x1280 (full-HD) amoled scherm. De prijs daarvan is gegroeid van 65 naar 75 dollar. De processor, waarschijnlijk een Exynos 5 met acht cores, maakt Samsung zelf, in 28 nanometer technologie. De prijs wordt geschat op 30 dollar, tegen 17,50 dollar voor de SIII. Verder is het aantal sensoren uitgebreid, met temperatuur, luchtvochtigheid en een infrarood sensor. De prijs van deze componenten is gestegen van 12,70 dollar naar 16 dollar.
De LTE-versie is iets goedkoper (233 dollar) dan de HSPA+ versie. Weliswaar is de LTE-radio duurder, maar daar staat tegenover dat de processor een goedkopere Snapdragon 600 is. Ook zit er een goedkopere WiFi/bluetooth/FM/GPS chip in.
Naar schatting 63 procent van de bill-of-materials gaat naar componenten die Samsung zelf maakt, zoals het scherm, SDRAM en NAND geheugen en bepaalde chips. IHS heeft de materiaalkosten geschat op basis van de gepubliceerde specificaties en bekende gegevens over componenten. De smartphone is nog niet letterlijk uit elkaar geschroefd, maar dat gaat nog wel gebeuren.