55 procent van de Nederlandse huishoudens is nu voorzien van digitale televisie. Ook is er sprake van een significante stijging van TV kijken via Internet. 40,1 procent van de huishoudens kijkt wel eens TV online. Dit blijkt uit het Establishment Survey van SKO, dat jaarlijks door Intomart GfK wordt uitgevoerd. In de eerste helft van 2010 werden bij 3.091 Nederlandse huishoudens de belangrijkste televisiekenmerken vastgesteld.
De belangrijkste digitale groei is toe te schrijven aan Digitenne (nu 12,6 procent) en digitale Kabel (nu 26,4 procent). Ook meldt de SKO een daling van schotelbezit (nu 5,8 procent). In de tweede helft van 2009 keek 34,9 procent van de Nederlandse huishoudens wel eens tv via de computer. In de eerste helft van 2010 stijgt dat significant door naar 40,1 procent.
Eén op de vijf huishoudens (22 procent) heeft een harddisk recorder. Bij de randapparatuur die op het tv-toestel is aangesloten, is er geen sprake van een sterke stijging; 21,6 procent in de tweede helft van 2009 naar 22,1 procent in H1 2010. Volgens SKO is een kentering in het type harddisk zichtbaar. Steeds vaker zit de harddisk in de settop box geïntegreerd (nu 11,1 procent) en is het niet langer een los apparaat (nu 9,7 procent).
Slechts 3 procent van de respondenten kijkt wel eens mobiel TV, al is dit wel significant gestegen. SKO stelt dat nieuwere vormen van televisie kijken terrein winnen en om meer aandacht vragen.
