
Ciena, producent van netwerkproducten en –omgevingen, richt zich in toenemende mate op de softwarekant van netwerken. Ontwikkelingen op gebieden zoals SDN en NFV maken het mogelijk om tegemoet te blijven komen aan de exponentiële groei van vraag naar capaciteit door bedrijven en consumenten, maar ook voor een snelle groei van het aantal partijen dat op grote en kleinere schaal zelf netwerkdiensten kan gaan aanbieden, stellen Mervyn Kelly (EMEA marketing director) en Alan Hollander (director systems engineering) van Ciena.
Vooral het koppelen van datacentra aan elkaar om zo meer redundancy en meer capaciteit te bundelen wordt volgens Kelly de komende jaren belangrijker. Niet alleen omdat ook de steeds groter wordende datacentra straks niet meer groot genoeg zijn, maar ook omdat op die manier van bestaande, grote en kleinere datacentra, eenvoudiger één groot virtueel datacentrum gemaakt kan worden waarin heel eenvoudig capaciteit toegevoegd kan worden en waarbij capaciteit meer optimaal wordt gebruikt en toegewezen.
Gezien de vaak ‘explosief’ genoemde groei van de vraag naar capaciteit, voorzien Kelly en Hollander dat er een moment komt waarop alle kabels in de grond en alle datacentra niet langer in staat zijn om voldoende aanbod te leveren? “Er zijn meerdere manieren om er voor te zorgen dat de capaciteit meegroeit met de vraag,” meent Alan Hollander. “Allereerst proberen we om steeds meer mogelijk te maken met de bestaande netwerkapparatuur, door letterlijk meer capaciteit te stoppen in dezelfde hoeveelheid ruimte. Dat betekent een hogere efficiency per switch of router, tegen hetzelfde energieverbruik.”
De laatste jaren worden netwerken ook steeds meer gevirtualiseerd door middel van technologie zoals netwerk functie virtualisatie (waarbij bijvoorbeeld een virtuele firewall geconfigureerd wordt op een gewone x86-server) en SDN (software defined networking) om op netwerkniveau te managen en orchestreren, bijvoorbeeld het opzetten van volledig gescheiden virtuele netwerken met volledig verschillende functies. Zo kun je de capaciteit van een enkel fysiek netwerk veel beter gebruiken in plaats van voor elke functie aparte netwerkapparatuur te moeten gebruiken.
Dergelijke ontwikkelingen leiden ertoe dat hardware-aanbieders zoals Ciena steeds meer software-aanbieders worden. Kelly: “Nu halen wij nog het merendeel van onze omzet uit hardware, maar het belang van software – zoals virtuele platforms voor switches en routers – wordt steeds groter. Dat betekent ook dat veel meer partijen dan nu het geval is op steeds grotere schaal netwerkdiensten kunnen gaan aanbieden. Je krijgt dan een tweedeling tussen de aanbieders van de fysieke netwerken en aanbieders van netwerkconnectiviteit. In die laatste categorie vallen dan ook partijen zoals system integrators die hun eigen virtuele netwerken kunnen gaan opzetten.”
Zie voor het hele achtergrondartikel over Ciena: gegarandeerde netwerkcapaciteit niet langer luxe, maar noodzaak.