De Belastingdienst kon KPN terecht uitsluiten van een aanbesteding voor een nieuw bedrijfsnetwerk. Dat oordeelt de voorzieningenrechter van de rechtbank Den Haag in een zaak die KPN heeft aangespannen tegen de Staat der Nederlanden. De Belastingdienst heeft via een Europese aanbesteding een leverancier gezocht voor Lancat 2015, een pakket netwerkdiensten.
KPN haalde de opdracht binnen. Telindus, als verliezende bieder, heeft vervolgens aangevoerd dat KPN bij de aanbesteding ernstige fouten heeft gemaakt. KPN had bij de verplichte Eigen Verklaringen moeten opgeven dat het van ACM boetes heeft gekregen voor schendingen van de krachtens de Telecommunicatiewet aan KPN opgelegde transparantieverplichting en/of non-discriminatieverplichting.
ACM heeft de boetebesluiten wereldkundig gemaakt in juli 2015, terwijl de inschrijving voor Lancat 2015 pas in het vierde kwartaal van dat jaar sloot. KPN voert aan dat de boetes van ACM ten eerste nog niet onherroepelijk zijn en ten tweede dat het gaat om ‘zachte’ overtredingen, namelijk van verplichtingen die uit voorzorg zijn opgelegd.
De Belastingdienst stelt ten eerste dat KPN (met de gedragingen waar ACM op zit) een ‘ernstige fout in de uitoefening van het beroep’ heeft gemaakt. Ten tweede stelt hij dat KPN de omstandigheden hoe dan ook had moeten melden in de Eigen Verklaringen en dat het niet-melden neerkomt op het indienen van een valse verklaring.
De voorzieningenrechter in Den Haag wijst het eerste argument af, maar volgt het tweede. Een valse verklaring is op zichzelf voldoende reden om een bedrijf uit te sluiten. De dossiers bij ACM mogen niet buiten beschouwing blijven. Telindus lijkt nu de beste papieren te hebben om het contract binnen te halen. De omvang werd door Computable geschat op 60 miljoen euro in vier jaar.
