De NPO wil een eigen video-on-demand (VoD)-dienst lanceren. Deze dienst moet onder meer ‘tijdloze’ programma's van de publieke omroep bieden en in staat zijn de concurrentie aan te gaan met VoD-aanbieders zoals Netflix en Videoland (RTL). De VoD-dienst komt náást de bestaande gemistdiensten NPOgemist (gratis) en NPOplus (betaald) te staan. Dat blijkt uit het beleidsplan 2016-2020 van de NPO dat in juni moet verschijnen. De Volkskrant kreeg een concept van het plan in handen.
Uit het conceptplan blijkt volgens de Volkskrant verder dat de NPO de plannen om macht weg te halen bij de publieke omroepen in volle vaart door zet. Deze omroepen krijgen veel minder te zeggen, mogen weinig meer op internet en moeten straks ook hun begrotingen en reserves met bestuursorganisatie NPO gaan delen. Externe partijen krijgen definitief toegang tot de publieke netten.
De Nederlandse Publieke Omroep stelt in het rapport 'op een tweesprong' te staan. De commercie is een 'bedreiging voor de zichtbaarheid van de NPO', nu in de mediawereld grote internationale bedrijven als Liberty Global (Ziggo), Google, Apple en Netflix steeds meer de dienst uitmaken, zo citeert de Volkskrant. Om relevant te blijven, vindt het NPO-bestuur (Henk Hagoort en Shula Rijxman) ingrijpende veranderingen nodig. De acht publieke omroepen dienen daarom een groot deel van hun autonomie op te geven. Nu streeft elke omroep nog te veel eigen, vaak uiteenlopende doelen na.
De NPO volgt volgens de Volkskrant in grote lijnen de toekomstvisie van het kabinet die staatssecretaris Sander Dekker (VVD) afgelopen najaar presenteerde. Dekker kondigde toen aan de publieke omroep te willen 'verbouwen' en het monopolie van omroepen te willen doorbreken. Alleen op het gebied van het aanbieden van amusement volgt de NPO Dekker niet. De NPO acht het stoppen met het aanbieden van amusement ongewenst, omdat dit de NPO in de rol van ‘aanvullende’ omroep duwt.
De NPO wil ook gerichter sturen op een doelmatige inzet van alle middelen, zowel van programma- als van organisatiekosten. Omroepen moeten hun begrotingen op hoofdlijnen delen. Alle kosten die omroepen maken, worden onder de loep gelegd. De programmering moet nog centraler tot stand komen, met meer focus op bepaalde genres en scherpere keuzes welke programma’s worden aangeboden op welk kanaal en voor wie. Daarvoor worden 'genrecoördinatoren' aangesteld, naast de al bestaande zendercoördinatoren.
De NPO benadrukt in het uitgelekte conceptplan de 'rol van betekenis' die het wil blijven spelen in medialand. Om niet te worden opgeslokt door de concurrentie, kiest het voor een paar 'centrale vindplekken'. Naast de grote tv-zenders NPO1, NPO2 en NPO3, moet NPO.nl vrijwel al het videoaanbod online aanbieden. Omroepen mogen dan zelf geen gemistdiensten meer aanbieden. Programma's delen via Facebook of YouTube blijft verboden.
De nieuwe internetstrategie, waarvan een deel al eerder werd gecommuniceerd, leidt volgens de Volkskrant tot veel verontwaardiging bij de meeste omroepen. Het conceptplan toont dat de NPO weinig aandacht heeft voor bezwaren, zoals de genoemde noodzaak om overal online te vinden zijn. Ook op het gebied van innovatie wil de NPO de krachten bundelen.
Uit het beleidsplan 2016-2020 blijkt ook dat het aantal lineair uitgezonden publieke themakanalen van de huidige acht tot vier wordt gehalveerd. De digitale themakanalen NPO Doc, NPO Humor en NPO 101TV zouden helemaal verdwijnen. Het kanaal NPO Zapp Extra verdwijnt als zelfstandig 24-uurskanaal.
Er blijven nog vier digitale themakanalen over: NPO Cultura, NPO Nieuws, NPO Politiek en NPO Best/Zapp Extra. Op deze themakanalen wordt dan geen eigen content meer uitgezonden, maar herhalingen van eerder uitgezonden programma’s. NPO Politiek en NPO Nieuws zullen behalve herhalingen ook live content gaan uitzenden.
