
Organisaties kunnen dankzij monitoring op afstand en geautomatiseerd beheer 75 procent minder tijd besteden aan troubleshooting in geval van defecte netwerkapparatuur. Als gevolg hiervan is er 32 procent minder tijd nodig om deze devices te herstellen, in vergelijking met apparaten die niet op deze manier worden beheerd. Dat blijkt uit nieuwe data gepubliceerd in Dimension Data’s jaarlijkse Network Barometer Report. Verder wijst het onderzoek uit 2015 uit dat er een nauwe samenhang bestaat tussen de storingen veroorzaakt door devices, en de fase van hun levenscyclus.
Volgens het rapport blijven netwerken voor het vijfde opeenvolgende jaar verouderen. 53 procent van de ruim 70.000 technologie-devices die werden onderzocht, was verouderd of gedateerd – een stijging van twee procent ten opzichte van vorig jaar. Bij verouderde devices (drie tot vijf jaar) nemen de supportmogelijkheden af. Bij gedateerde devices (vijf jaar en ouder) is geen of nog slechts in zeer beperkte mate vendorsupport mogelijk.
Verder is er een lichte daling geconstateerd in het percentage van gedateerde devices: negen procent tegen elf procent vorig jaar, terwijl het percentage verouderde apparatuur met vier procentpunten is gestegen. Het percentage van de up-to-date devices (nul tot drie jaar oud) is het laagst in drie jaar. Het onderzoek richtte zich op bedrijfsnetwerken in organisaties van elke grootte en in alle sectoren in 28 landen.
Dit jaar is er een lichte verbetering opgetreden in de security-status van de netwerken: het percentage devices met ten minste één kwetsbaarheid is gedaald tot zestig procent in vergelijking met 74 procent vorig jaar. Deze verandering wordt toegeschreven aan de trend die wordt waargenomen binnen organisaties om gedateerde devices te vernieuwen als deze een grotere kwetsbaarheid vertonen vanwege hun veroudering. Het vervangen van deze devices zorgt voor minder kwetsbaarheden in het netwerk in zijn geheel.