
Nu smartphones en tablets in rap tempo over de toonbank gaan, wordt door hardwareproducenten ijverig gezocht naar het model dat nog niet, of niet in grote getale, wordt aangeboden. Er lijkt inmiddels consensus te zijn in de markt nu met zeven inch de Gulden Snede is gevonden. Dat is bijzonder zuur voor de BlackBerry PlayBook.
Het gonst zoals gewoonlijk weer van de geruchten omtrent de aanstaande iPad-versie. In de media wordt – meestal op basis van bronnen binnen toeleveranciers – gesuggereerd dat de ‘iPad Mini’ een schermdiagonaal van tussen de zeven en acht inch zal hebben. De huidige iPads meten allen zo rond de tien inch, een afmeting die nadrukkelijk door Steve Jobs werd voorgeschreven. Alles onder die maat zou volgens de vorig jaar overleden topman de tablet geen recht doen.
Maar dat was in de tijd dat Apple onbevochten aan de top stond met zijn iPad. Dat doet het bedrijf in feite nog steeds, maar niet meer zonder weerstand. Concurrenten als Amazon en Google, happig op het pushen van eigen content, beproeven hun geluk met apparaten die qua formaat ergens tussen een smartphone en een tablet in liggen. Steeds vaker wordt dit type apparaat dan ook aangeduid als phablet, een samentrekking van smartphone en tablet.
Amazon lanceerde in september vorig jaar de Kindle Fire, een tablet van zeven inch. Het apparaat werd een succes, met name in de Verenigde Staten (VS). Uit schattingen van IDC blijkt dat Amazon in het eerste kwartaal na de lancering een kleine vijf miljoen Kindle Fire-tablets had verkocht. Dat is, gezien de relatief lage verkoopaantallen van Android-tablets in het algemeen, een prestatie op zich. Waarschijnlijk speelde de prijs van het apparaat een rol: 199 dollar.
Naar verluidt zal Amazon, geprikkeld door zijn eerste succes in de tabletmarkt, met nog twee tablets komen. Het zou gaan om een 7-inch versie (de Coyote, met een dual-core processor) en een 10-inch tablet (de Hollywood, met een quad-core processor). Welke prijskaartje de tablets mee krijgen, is nog onbekend. Het zal niet als een verrassing komen wanneer ook deze nieuwe tablets tegen een gunstig tarief worden aangeboden.
Google onthulde enkele weken geleden de tablet Nexus 7, een zeven inch tablet. De Nexus 7 wordt aangeboden voor 199 dollar (8GB) of 249 dollar voor de 16GB-variant. Google zou volgens geruchten naast de zeven inch Nexus-tablet nu ook plannen hebben een tien inch versie van het apparaat op de markt te brengen.
Terwijl tablets in grootte afnemen, worden smartphones opgekweekt naar grotere formaten. Samsung bijvoorbeeld lanceerde in oktober vorig jaar de 5,3 inch Galaxy Note. Volgens sommige critici onpraktisch en niet handzaam, maar de cijfers logen er niet om. In juni maakte Samsung bekend zeven miljoen Notes te hebben verscheept. Samsung zou nu plannen hebben voor de lancering van een opvolger met een schermdiagonaal dat 0,2 inches groter meet.
In april 2011 was er een bedrijf dat, nog voordat experimenten met schermformaten gemeengoed werden, dat de markt op ging met een zeven inch tablet. Het was producent Research In Motion (RIM) die de knuppel in het hoenderhok durfde te gooien met een apparaat dat naar ruimte zocht in een markt waarin het gros van zelfverklaarde iPad-killers sneuvelden.
Daarop was de PlayBook, met zijn zeven inch, uiteindelijk geen uitzondering. Natuurlijk ging de PlayBook, waar RIM eind vorig jaar een half miljard dollar op afschreef, niet onderuit vanwege zijn formaat, maar vanwege gebrekkige software en ontbrekende functionaliteiten. Desondanks zal RIM flink balen nu de phablet mainstream lijkt te gaan worden. Zou BlackBerry 10 al klaar voor gebruik zijn geweest, dan had de PlayBook misschien toch nog een kans van slagen gehad.