De combinatie van telecom en broadcast blijft een zeldzaamheid - en terecht

Commentary General Global 4 DEC 2019
De combinatie van telecom en broadcast blijft een zeldzaamheid - en terecht
Telia kreeg onlangs toestemming van de Zweedse toezichthouder om Bonnier Broadcasting over te nemen, met een aantal voorwaarden, en heeft de overname nu afgerond. Het is een vorm van verticale integratie waarover we moeilijk enthousiast kunnen worden. Het opleggen van voorwaarden is in dit soort deals een veeg teken. Van werkelijke synergie is nauwelijks sprake, of het moest zijn dat de operator een nieuwe OTT-dienst gesubsidieerd gaat weggeven aan zijn premiumklanten (breedband en postpaid). Verder hebben dit soort deals veel weg van 'window dressing'.

De overname van Bonnier herinnert aan andere combinaties van telecombedrijven en broadcasters: Comcast nam NBCUniversal over, AT&T kocht Time Warner (nu WarnerMedia), Telenet lijfde De Vijver Media in. Voorwaarden bij de laatste waren het wholesale aanbieden van de kanalen en onafhankelijk toezicht op de kijkcijfers die Telenet vergaart op z'n IPTV-platform. De combinatie van Telia met Bonnier Broadcasting, een commerciele broadcaster in Zweden (TV 4) en Finland (MTV 3), met een pluspakket (films, series) en premiumkanalen (sport) voor de Scandinavische markt (C More), past in dit rijtje.

Broadcasters in problemen

Welbeschouwd zijn er dus maar heel weinig telecombedrijven die iets zien in de verticale integratie van een broadcaster. Daar komt overigens nog bij dat juist de broadcasters het moeilijk hebben in tijden van cord cutting. Is het dan wel verstandig om zo'n geplaagde onderneming over te nemen? Internetbedrijven (Netflix, Apple, Amazon) bepalen de voorhoede en de grote Hollywood-studio's (Walt Disney, WarnerMedia, NBCUniversal) zetten de achtervolging in. Zij passeren het traditionele distributiesysteem van operators en broadcasters. De vraag is er, temidden van dit geweld, nog veel ruimte overblijft voor kleinere broadcasters.

Dat de studio's annex broadcasters WarnerMedia en NBCUniversal overgenomen zijn door operators, doet daar niet veel aan af. Als hun OTT-dienst met korting aan de eigen breedbandklanten wordt aangeboden, is het nog maar de vraag wat daarvan het voordeel is. De OTT-dienst wordt daarmee gereduceerd tot een instrument om het verloop (de churn) te verlagen, maar dat heeft dus wel een prijs - niet alleen van de overname maar ook van de kruissubsidie die hier wordt uitgedeeld.

Geen omzetsynergie

Bij de overname van Bonnier bleven de beweegredenen in nevelen gehuld, afgezien van de opmerking: "we will serve customers and viewers in new ways and create new business opportunities". Daarnaast zijn synergievoordelen van SEK 600 miljoen (bijna EUR 60 miljeon) voorspeld, te bereiken vanaf 2022 (omzet Bonnier: ongeveer SEK 7,5 miljard dus zo'n EUR 700 miljoen). Deze worden niet uitgelegd maar bestaan waarschijnlijk uit het inkoopvoordeel, nu Telia niet meer voor de content van Bonnier hoeft te betalen. Het is echter volstrekt onduidelijk waar de innovatie zit. Ook bij de recente communicatie ontstaat geen duidelijkheid. Het draait nog altijd om broadcasttelevisie, wat voor een deel verschuift naar on demand aanbod en online distributie. Daarvoor is een fusie van telecom en broadcast niet nodig. Telia geeft op geen enkele manier inzicht in de werkelijke synergie - met name eventuele omzetsynergie.

Bonnier wordt beperkt

De concessies die Telia moest doen bestonden uit het wholesale blijven aanbieden van de kanalen, tegen redelijke voorwaarden. Ook de premiumkanalen en de OTT-rechten zullen aan andere operators worden aangeboden. Dit onderstreept tegelijk het risico voor Bonnier: in de distributie richt het zich nu primair op de Telia-kanalen, terwijl andere partijen als wholesalepartners op de tweede rang komen te staan. In beginsel is dat nadelig voor het optimaal benutten van de Bonnier-content. Daarnaast verhindert de wholesaleverplichting dat Telia zich differentieert op basis van het Bonnier-aanbod.

Conclusie: window dressing

De conclusie is duidelijk: de combinatie van telecom (operator) en media (broadcaster) biedt zeer beperkte voordelen. Natuurlijk zorgt de verticale integratie ervoor dat de inkoopkosten van de operator dalen maar daarmee vallen tegelijk inkomsten bij de broadcaster weg. Van omzetsynergie is geen sprake. Toezichthouders verbieden exclusieve distributie via de eigen operator. Voor de operator is er eventueel het voordeel dat het zijn groeiprofiel oppoetst, nu de telecommarkten verzadigd zijn. Een vorm van 'window dressing'. De verschuiving naar OTT biedt kansen voor AT&T (via WarnerMedia) en Comcast (via NBCUniversal), maar van dit soort dominante broadcasters zijn er op de wereld maar een paar. Bovendien moeten de operators flink in de buidel tasten voor de overname van een broadcaster. En als zij vervolgens de OTT-dienst gratis aan hun topklanten (breedband en postpaid) aanbieden, komt ook nog eens de marge onder druk.

Gerelateerde artikelen