
Het nieuwe marktanalysebesluit van de ACM is gebaseerd op de constatering van Joint Dominance, met Significant Market Power, van KPN en VodafoneZiggo. De EC steunt deze constatering en laat toe dat de regulering per 1 oktober 2018 van kracht is. Het is verder gebaseerd op Wholesale Fixed Access (WFA) regulering voor alle vastelijnsnetwerken van de beide operators, met de varianten VULA (virtuele ontbundeling, voor koper en glasvezel) en WBA (wederverkoop voor kleinere partijen en voor kabel).
Tariefregulering niet uitgesloten
VodafoneZiggo heeft drie maanden om met een referentie-aanbod te komen, op basis van een verplichting tot non-discriminatie (van de eigen interne downstreamorganisatie en externe afnemers), transparantie en het openbaar maken van het aanbod. Daarna kan zes maanden met challengers onderhandeld worden over tarieven en voorwaarden. Leidt dat tot niets (lees: te hoge wholesaletarieven), dan kan de ACM de noodmaatregel van de tariefregulering inzetten om tariefplafonds vast te stellen. Daarmee heeft de ACM het instrumentarium voor een remedie om discriminatie, marge-uitholling en buitensporige wholesaletarieven tegen te gaan.
Opvallend is overigens dat de ACM oordeelt dat er geen risico is van marge-uitholling door de retailtarieven te verlagen. De ACM denkt dat KPN en VZ hiervoor, vanwege hun joint dominance, geen prikkel hebben. JD zorgt er immers voor dat er een prikkel is om tarieven te verhogen. De praktijk toont echter aan dat sub-brands zoals Telfort worden gebruikt om wel degelijk de retailtarieven te verlagen. De ACM bevindt zich derhalve, met de vaststelling van joint dominance, in een lastig parket. De ACM dwingt zichzelf daardoor marge-uitholling volledig te zoeken in te hoge wholesaleprijzen, terwijl (te) lage retailprijzen wel degelijk ook een rol spelen.
Het bovenstaande geldt overigens in mindere mate voor KPN, omdat de challengers daarmee bestaande contracten hebben. Structurele scheiding, ter vervanging van de huidige functionele scheiding van netwerk en diensten, is momenteel niet aan de orde.
Een nieuwe categorie aanbieders
Kabelresellers zullen een vierde categorie providers vormen, naast VZ, KPN en de wholesaleklanten van KPN. Het zal leiden tot een nieuwe ronde prijsdruk, die niet aan KPN voorbij zal gaan. De budgetmerken Telfort en wellicht Hollandsnieuwe zullen ingezet worden tegen T-Mobile/Tele2 en eventueel andere partijen.
Ten aanzien van het buitenland constateren we dat Joint Dominance uiteindelijk als remedie wordt ingezet voor kabelconsolidatie. Dat is momenteel actueel in Duitsland en Polen. Mogelijk staan de autoriteiten de fusies Vodafone DE/Unitymedia en Multimedia/Vectra toe, met JD en bijpassende regulering als remedie.
KPN: monopolist in wholesale
Het verzet van KPN tegen de regulering is zwak. Er is overduidelijk sprake van een duopolie, gelet op de marktaandelen, de jaarlijkkse prijsverhogingen en de rol van FMC (vast-mobiele convergentie) op de Nederlandse markt. Schermen met 'commerciële overeenkomsten' met de challengers houdt geen stand: zonder open kabel is er geen enkele concurrentie op de wholesalemarkt en staan de challengers met de rug tegen de muur. Zij moeten wel een deal sluiten met KPN Wholesale, anders komt de continuïteit van de business in gevaar. Van deregulering kan dus geen sprake zijn.
Te hopen is dat concurrentie op de wholesalemarkt zal ontstaan. De mobiele markt fungeert als voorbeeld. Grote virtuele aanbieders kunnen met hun klantenbestand de netwerkleveranciers tegen elkaar uitspelen om tot betere tarieven en voorwaarden te komen. Op de mobiele markt hebben de gecombneerde onafhankelijke MVNO's een marktaandeel van 17 procent, iets wat voor de vastelijnsmarkt voorlopig als benchmark mag gelden.
Verder zet KPN zijn budgetmerken (met name Telfort) in om de challengers te beconcurreren. Het leidt tot een margin squeeze (marge-uitholling) waar de huidige noch de nieuwe regulering iets tegen in stelling brengt. Tot op zekere hoogte hoeft de ACM hier geen boodschap aan te hebben: aanloopverliezen horen erbij en telecom is nu eenmaal schaalbusiness. Er wordt wel veel gevraagd van challengers om break-even te bereiken. Merknaam, kwaliteit en innovatie moeten de challengers helpen, maar dat wordt bemoeilijkt doordat fysieke ontbundeling vrijwel verdwenen is van de Nederlandse markt. Challengers zijn met hun diensten in grote mate afhankelijk van KPN en nog meer van VZ, dat geen VULA maar uitsluitend WBA behoeft aan te bieden. Alleen tariefregulering zou deze situatie kunnen verbeteren.
VodafoneZiggo: vertragen en een budgetmerk
VodafoneZiggo kiest voor de juridische weg van het tijdrekken. Men weigert zich bij de regulering neer te leggen. Eigenlijk past dat een gerenommeerde onderneming niet, maar de weg naar het CBb staat nu eenmaal open. In de praktijk zal dit betekenen dat kabelresellers waarschijnlijk pas na 2020 hun intrede zullen doen.
Het ligt voor de hand dat VZ de strategie van KPN zal volgen en eveneens met een budgetmerk (Hollandsnieuwe?) de challengers zal aanvallen, om niet te zeggen zal proberen de pas af te snijden.