Mobiele subsidie op zoek naar de juiste balans

Commentary Wireless Netherlands 30 SEP 2009
Mobiele subsidie op zoek naar de juiste balans

Het Nederlandse mobiele subsidiemodel is omstreden. Operators zeggen er van af te willen, maar zien zich genoodzaakt in de race om (het behouden van) de klant het model te blijven voeren. Vast staat echter dat de subsidie door de klant zelf wordt betaald en dat het model zorgt voor een snellere ingebruikneming van bepaalde diensten.

Uiteindelijk heeft het subsidiemodel zeer waarschijnlijk wel gezorgd dat Nederland een van de koplopers is in mobiel gebruik (spraak en data). Het aantal mobiele aansluitingen ontstijgt het aantal mensen in Nederland tot wel 129 procent. In Italië is de penetratie nog hoger en zijn subsidies verboden, maar zo heeft elk land zijn eigen kenmerken van de mobiele markt. Een vergelijking gaat niet op.

Uit het aanbod van grote retailers en operators blijkt dat toestellen twee keer zo vaak van subsidie worden voorzien als er een verplicht data-abonnement aan vast zit. De klant krijgt dus ook een bepaalde subsidie als hij een data-abonnement afneemt. Een standaard data-abonnement kost ongeveer 10 euro per maand. In veel gevallen wordt hier de eerste zes maanden tot een jaar een korting op gegeven. KPN, Hi en T-Mobile houden zich hier het meest mee bezig. Zij hebben de korting op het spraakabonnement vaak vervangen door korting op het data-abonnement.

De rek is er op het gebied van spraakabonnementen uit. MVNO’s hebben in de spraaksector voor prijsdruk gezorgd. In vergelijking met andere landen heeft Nederland goedkope beltarieven, mits de klant verder kijkt dan de grote aanbieders (of hun koppelverkooppakketten). Veel low-cost MVNO’s zijn de afgelopen jaren gelanceerd. Een MVNO kan zich vrijwel alleen richten op goedkoop simonly bellen. De handset markt is al jaren gedomineerd door de grote spelers en hun mogelijk veel geld te steken in een klant.

Als de operators ineens een radicale zet zouden doen en over zouden gaan tot het afschaffen van de subsidie, zouden zij met hun huidige aanbod moeilijk kunnen overleven. Veel MVNO’s zouden een aantrekkelijker spraakaanbod hebben. De wholesale markt is echter ongereguleerd en dit zou ongetwijfeld leiden tot het uit de markt drukken van ‘te goedkope’ MVNO’s.

Het aanpassen van de propositie door meer focus te leggen op het data-abonnement komt het gebruik van mobiel internet ten goede. Non-voice (data) omzet is in Nederland al groter dan 25 procent van de totale service omzet (nu is merendeel nog uit sms revenue, maar de groei zit vooral in non-sms data). De omzet staat op dit moment vaak wel al vast vanwege de fair use policy (FUP) die deze abonnementen kennen. De klant gaat dus niet meer betalen bij substantieel gebruik, in tegelstelling tot bij een belbundel waar sommige kosten buiten de bundel vallen en daardoor in een hogere tariefklasse vallen. Er dient zich echter een groot aantal vernieuwingen en OTT diensten aan doordat het aantal mobiele internetters zo hard groeit. Dit zorgt voor bijkomende inkomstenbronnen buiten de reguliere data-abonnementen.

Een kleine berekening leert dat een consument uiteindelijk voor een high-end toestel ongeveer het dubbele van de prijs van de handset betaald door middel van spraak en data kosten. Een toestel dat los 500 euro kost (consumentenprijs), krijgt de klant gratis bij een spraak/data abonnementen dat hem over twee jaar tijd tegen de 1000 euro kost. Het toestel los kopen voor de laagste marktprijs en dit vervolgens combineren met een sim-only abonnement, levert uiteindelijk een kostenbesparing op. Als de consument er echter ook een data-abonnement bij wil, is hij vaak beter af (of net zo goed) door op een promotie van een MNO in te gaan. Data-abonnementen zijn er ook niet in dezelfde sim-only vorm (zeer hoge korting) als spraakabonnementen.

De subsidies op mobiele telecomproducten zullen niet snel verdwijnen. Subsidies zijn ingeburgerd. De klant draait zelf voor de kosten op en de hele branche profiteert er van mee. Operators kunnen nieuwe, duurdere diensten lanceren. Telefoonproducenten kunnen met grote regelmaat nieuwe handsets op de markt zetten en netwerkleveranciers kunnen steeds hun volgende generatie aan technologieën kwijt.

Gerelateerde artikelen