
Bij de halfjaarresultaten maakte KPN bekend te stoppen met de verdere uitbouw van VDSL vanuit SDF-lokaties (straatkasten). Dat impliceert dat FTTC verlaten wordt. Wel gaat de bouw verder van VDSL vanuit MDF-lokaties (central office), ook wel aangeduid als VDSL@CO. Naast ADSL, dat nog wel enige jaren dienst zal doen, zet KPN in op FTTH, dat door partner Reggefiber wordt aangelegd. De keuze van KPN voor VDSL@CO is volstrekt logisch, zoals wij al eerder betoogden toen Tele2 pionierde met dit concept (zie ons commentaar ‘Tele2’s VDSL vanuit de wijkcentrale: een no-brainer’). Het is een tamelijk goedkope manier om bestaande assets (MDF-lokaties met glasvezel backhaul) verder uit te baten. FTTC daarentegen is duur vanwege de vereiste verglazing van meer dan 20.000 straatkasten. Bovendien biedt het geen interimstrategie op weg naar FTTH, want de architectuur van de Reggefiber-netwerken is totaal anders en kan niet voortborduren op FTTC.
Tot zover KPN. Enkele dagen geleden echter kwam onderzoeksbureau Analysys Mason met een opmerkelijk rapport, dat de voorkeur geeft aan VDSL boven FTTH. Het rapport zelf kennen wij niet, maar in een toelichting schrijft het bureau dat de achtergrond van deze visie bestaat uit het succes van mobiel breedband (MBB) enerzijds en een ‘troublingly low’ take-up van ‘NGA-based services’ (next-generation access) anderzijds. Hoe nu deze visie te rijmen met die van KPN?
Om te beginnen kunnen we concluderen dat MBB meer verkeer en aandacht naar zich te trekt dan aanvankelijk was voorzien. De iPhone en andere smartphones, apps, de iPad, Android – het zijn allemaal zaken die MBB hard doen groeien. Het mag dan geen volwaardige vervanging zijn van een vast NGA-netwerk (om het even of dat VDSL, HFC of FTTH is), het is meer dan alleen maar complementair. Wat overigens niet wegneemt dat er wel degelijk diensten zijn die nauwelijks met een smartphone geconsumeerd kunnen worden. Over-the-top (OTT) video is er zo een. Daarnaast treedt MBB ook op als stimulans om NGA-netwerken uit te rollen, namelijk als de gebruiker via WiFi toegang heeft. Anders gezegd, de toename aan ‘connected devices’ is een driver voor NGA. Bovendien kunnen mobiele en vaste NGA-netwerken hun backhaul delen.
Verder moet geconstateerd worden dat alom geklaagd wordt over het niet beschikbaar zijn van diensten die een NGA-netwerk nodig hebben. Dat wordt nog verhevigd doordat er een kip/ei situatie is ontstaan: zulke diensten zijn pas mogelijk als er een NGA-netwerk ligt, en andersom kan een NGA-netwerk pas gefinancierd worden als zulke diensten beschikbaar zijn. Alleen een lange-termijn visie kan deze situatie doorbreken en het is ten slotte zeer de vraag of operators een lange-termijn visie hebben (zie ons commentaar ‘Cherry picking door Ziggo en Telenet is rationeel’). Hier ligt dan ook duidelijk een rol voor de overheid, hetzij door NGA te financieren, hetzij door de ontwikkeling van nieuwe diensten te stimuleren. Overigens geldt ook hier: er is wel degelijk een dienst te bedenken die NGA’s rechtvaardigt: OTT video.
Vanuit de eindgebruiker zijn er echter nog maar weinig signalen dat een NGA nodig is. Vorig jaar al publiceerden wij een rapport waaruit bleek dat het equivalent van 900.000 huishoudens (op een totaal van 7,3 miljoen) op een termijn van vier jaar dacht te zullen opwaarderen naar minimaal 50 Mbps (zie ‘Dutch Consumer Connected’, september 2009). Sterker nog, uit surveys van het Telecompaper Consumer Panel blijkt dat abonnees bij een opwaardering eerder kiezen voor dezelfde snelheid tegen een lagere prijs, dan voor een hogere snelheid bij een gelijkblijvend tarief. Kortom, we lijken een bepaald plateau bereikt te hebben als het gaat om snelheidsverhogingen. In Nederland is Zeewolde momenteel de kampioen met 200 Mbps (over FTTH) en er is geen enkele indicatie dat de nummer twee, de kabel met 120 Mbps, zich hierdoor genoodzaakt ziet Zeewolde voorbij te gaan.
Zonder de inhoud van het genoemde rapport te kennen, ligt de conclusie voor de hand dat de schrijvers in de schoenen gaan staan van operators, die nu eenmaal niet voor de lange termijn plannen. Prijsdruk leidt tot margedaling en dat maakt NGA-investeringen momenteel moeilijk te rechtvaardigen. Alleen een lange-termijnvisie onderkent trends die een NGA-netwerk rechtvaardigen, waarbij de lange duur van de uitrol een argument is om vandaag al te beginnen met de aanleg ervan.
Keren we terug naar KPN, dan zien we dat er nog een andere factor in het spel is. Een factor die niet in alle landen van de wereld actueel is, maar wel bijvoorbeeld in Nederland: een landelijk dekkend kabelnetwerk. Zoals boven al gesteld, FTTC is geen logische keuze en VDSL@CO is dat wel maar daarmee bereik je in Nederland slechts een minderheid van de bevolking. Bovendien blijven de snelheden achter bij die van de kabel. Uit ons nieuwe Dutch Broadband Q2 2010 rapport, dat binnenkort verschijnt, blijkt dan ook dat de DSL-aanbieders versneld abonnees verliezen aan de kabel en FTTH. Met andere woorden: de aanwezigheid van de kabel maakt het voor KPN wel degelijk een logische keuze om FTTH uit te rollen.