UPC profiteert van voorsprong op DSL en FTTH

Commentary Broadband Netherlands 25 FEB 2010
UPC profiteert van voorsprong op DSL en FTTH

UPC Nederland maakte uitstekende resultaten bekend. Er is een versnelling waarneembaar in de toeloop van nieuwe abonnees, kennelijk op de vleugels van Docsis 3.0. Op groepsniveau van Liberty Global zorgden vooral de Nederlandse activiteiten ervoor dat de targets overtroffen konden worden.

Kijken we eerst naar de abonnee-aantallen, dan valt op dat het verlies van analoge TV abonnees onverminderd hoog blijft, met ruim 50.000 in het kwartaal. Op de breedbandmarkt echter doet UPC het, met zijn Docsis 3.0 dienst Fiber Power, bijzonder goed. KPN en de DSL-markt laten een achteruitgang zien, uitgezonderd Tele2 dat dankzij zware marketing in Q4 net additions noteerde van 8.000. Dat was minder dan de 15.000 van Q3, toen ook UPC er 15.000 bijkreeg. In Q4 is de balans echter duidelijk doorgeslagen in het voordeel van de kabel: UPC kreeg er maar liefst 34.000 breedbandabonnees bij – en dat in een bijna verzadigde markt. Kortom, de verschuiving van DSL naar Docsis 3 zet door.

Al met al nam het aantal RGU’s (revenue generating units, individuele diensten zoals digitale TV of telefonie) bij UPC met 48.000 toe tot 3,32 miljoen, na drie kwartalen van krimp. Ook daar laat UPC dus een goed resultaat zien.

Voor UPC houdt het daarbij echter niet op. Door Docsis 3.0 wordt niet alleen het breedbandaanbod beter, maar vooral ook de triple plays. En dat is te zien aan de versnelling in de toestroom van abonnees voor zowel digitale TV (41.000, vorig kwartaal 24.000) als telefonie (25.000, vorig kwartaal 5.000). Je zou kunnen zeggen dat UPC nu pas echt de vruchten begint te plukken van Docsis 3.0. UPC (en Ziggo) kunnen een ware slachting aanrichten op de DSL-markt. Als ook Ziggo in Q4 in staat was de net additions op kwartaalbasis te verdubbelen, dan zou het op 40.000 uitkomen. KPN en Tele2 kunnen met VDSL2 tot op zekere hoogte weerwoord bieden, maar het bereik daarvan is, net als dat van FTTH, voorlopig zeer beperkt in vergelijking met de vrijwel landelijke dekking van Docsis 3.0.

Opmerkelijk zijn verder verschillende ratio’s. De penetratie (aantal klanten gedeeld door aantal homes passed) daalt gestaag en staat nu op 70,8 (vorig jaar 74,7). Bijgevolg stijgt het aantal RGU’s per klant. Deze ratio is in een jaar tijd opgelopen van 1,61 naar 1,70. De omzet per klant stijgt eveneens gestaag: van 101 euro per kwartaal vorig jaar naar 106 euro in Q4 van 2009. Een dalende penetratie is op zichzelf nadelig (het netwerk ligt op steeds meer plaatsen ongebruikt), maar UPC kan zich hierdoor concentreren op de meest winstgevende klanten.

Toch is het interessant om wat verder vooruit te kijken. Hogere snelheden beginnen inmiddels ingang te vinden, zoals 200 Mbps (XMS in Zeewolde, Virgin Media in Kent en Coventry, Novus in Vancouver) en zelfs 1 Gbps is aan de horizon (zoals Shaw, eveneens in Canada, Reggefiber in Nederland en Google op een nader te bepalen plaats). De kabel biedt nog ruime mogelijkheden voor opvoeren van de bandbreedte (zie onze Research Brief ‘Cable Broadband’). Zo laat de nieuwste chipset van Texas Instruments acht kanalen bundelen, waardoor het maximum naar 400 Mbps down gaat. En met S-CDMA-technologie van Motorola kan de upstream met 20 to 30 procent verbeterd worden.

De kabel heeft met deze technologieën nog ruime kansen. Op de lange termijn kan zelfs de stap tot verglazing van de ‘last mile’ gezet worden. In Nederland wordt deze strategie, vanwege de lange doorlooptijd, al omarmd door de kleine kabelaars (meest recent door CAI Harderwijk), en ook internationaal melden zich steeds meer kabeloperators (hetzelfde Shaw, maar ook Zon Multimedia in Portugal, Buckeye CableSystem in Toledo, Ohio en Cablevision in Argentinië). Bij al deze partijen gaat het om ‘greenfields’. Zon bevindt zich in een expansiefase en wil de komende jaren 50 tot 100 duizend aansluitingen toevoegen aan zijn 1,5 miljoen abonnees. Het bedrijf kiest daarbij voor GPON, een technologie die gezien kan worden als natuurlijke evolutie voor de huidige HFC-netwerken. Zon merkt dan ook op dat het HFC en FTTH naast elkaar zal laten bestaan. En dat geldt ook voor de andere kabelaars die FTTH toepassen in greenfields.

Voor UPC is de situatie anders. De kabel is vrijwel landelijk dekkend. Alleen door nieuwbouw neemt het aantal ‘homes passed’ nog toe. Echter, in 2009 ging het toch om het respectabele aantal van ruim 25.000 woningen. Dat geeft te denken of een dergelijke groei niet voldoende schaalgrootte biedt om in greenfields over te schakelen op FTTH.

Vooralsnog maakt UPC deze keuze niet, ondanks de opkomst van Reggefiber. Voor UPC ligt verdere verglazing ongetwijfeld ook op de tekentafel, waarbij een afweging gemaakt moet worden tussen de potentiele vraag, de winstgevendheid van het huidige netwerk en de return op opwaarderen van HFC versus overstappen op GPON. Zusterbedrijf Telenet in België echter zet wel voorzichtig stappen richting verdere verglazing, in het kader van haar ‘Digital Wave 2015’ project. Knooppunten (‘nodes’) worden verder gesplitst en er zal meer glasvezel in het netwerk worden aangelegd in het kader van project Pulsar, zo laat Telenet vandaag weten. Kabeloperators zoals Telenet en UPC hanteren deze ‘fiber deep’ strategie om te toekomstvastheid van HFC aan te tonen. Of is het een interimstrategie zijn die erop wijst dat FTTH niet alleen de concurrent, maar ook de toekomst is van de kabel?

Hoe dan ook, UPC laat goede resultaten zien en zal voorlopig nog de vruchten kunnen plukken van de voorsprong die het heeft ten opzichte van zowel DSL (snelheid) als FTTH (bereik).

Related Articles