Ziggo is van plan het analoge pakket te reduceren. Het huidige aantal van 30 zenders wil het terugbrengen naar 25 of misschien zelfs slechts 15. Wat dat voor de prijs betekent is nog niet duidelijk, maar bedacht moet worden dat de analoge abonnee standaard een digitaal pakket krijgt en dat de prijs van analoge TV deels een soort lijnhuur bevat. Een beslissing wordt in oktober genomen. CAIW en Rekam zijn op koers om hun analoge signaal per 10 oktober 2010 helemaal uit te zetten.
Wat is analoge TV nu voor de kabel? Zijn ze er blij mee of willen ze er juist van af?
De voordelen van analoge TV liggen vooral bij de kijker: er is geen box voor nodig zodat alle TV’s in huis kunnen worden aangesloten met een eenvoudige splitter. Daarbij is de kwaliteit uitstekend en de keuze ruim voldoende. Overigens moet opgemerkt worden dat de consument volslagen indifferent is als het om de technologie gaat. Nederland 1 is Nederland 1, of het nu analoog of digitaal is. Ook wordt het boxloze karakter van analoge TV afgezwakt doordat veel consumenten (meer dan 50%) inmiddels over een box beschikken, terwijl een extra aantal smartcards gratis wordt meegeleverd. Daarnaast neemt het aantal CI+-toestellen toe (geen box nodig want de tuner zit in de TV). Verder wijst onderzoek uit dat de consument toch maar naar hooguit 10 verschillende zenders kijkt, dus een teruggang naar 15 zenders zal veel consumenten nauwelijks deren.
Voordelen zijn er ook voor de aanbieder. Het is een eenvoudig product waarvoor het netwerk geoptimaliseerd is en de marge erop is hoog.
Toch is vrijwel iedereen ervan overtuigd dat analoge TV zijn uiterste houdbaarheidsdatum nadert. Met het verkleinen van het pakket wil Ziggo de consument met zachte dwang naar digitale TV leiden. Digitale TV biedt meer keuze, meer diensten en de mogelijkheid van nog beter beeld, zoals HD en 3DHD. Dat doet de ARPU stijgen en belangrijk: er valt een groot stuk spectrum vrij. Immers, het kabelnetwerk is zo ingericht dat alle zenders tegelijk in de huiskamer worden afgeleverd, ongeacht of ernaar gekeken wordt (in beginsel dus een erg inefficiënte technologie in de zin van ‘spectral efficiency’). Voor elke analoge zender kunnen tot acht digitale zenders worden teruggeplaatst. Het is vooral de drang om meer digitale zenders aan te bieden die operators ertoe beweegt analoge TV waar mogelijk te reduceren of zo mogelijk helemaal uit te zetten.
Maar er is nog een reden om te willen stoppen met analoge TV. Het product is, althans bij Ziggo en UPC, reden om gereguleerd te worden. Nu is de WLR-C regulering door de hoogste rechter, het CBb, afgewezen maar de Opta zint op nieuwe regulering. Mocht het tot ‘WLR-C 2.0’ (zie ons commentaar ‘Opta heeft een zware taak om 'WLR-C 2.0' te realiseren’) komen, dan neemt het verschil tussen ‘kabeltelevisie’ (de andere naam voor analoge TV) en alternatieven zoals Digitenne, CanalDigitaal en IPTV af. De alternatieven kunnen daardoor steeds beter als substituut worden aangemerkt, met als gevolg dat de markt voor kabeltelevisie moeilijker geopend kan worden.
Tot slot nog iets over de afkeuring van WLR-C door het CBb. Naast een goede definitie van kabeltelevisie, liep de regelgeving ook stuk op een goede definitie van de geografische markt. De regionale blik van de Opta kon bij het CBb niet door de beugel. En op dat front krijgt de Opta het misschien juist makkelijker. De Europese Commissie heeft onlangs namelijk de Digital Agenda verdere invulling gegeven, waarbij NRA’s (national regulatory agencies, zoals de Opta) opgeroepen worden vooral met een regionale blik te kijken. Nu gaat het bij de Digital Agenda om de breedbandmarkt, maar met de Nederlandse situatie in het achterhoofd lijkt het alleszins redelijk om ook de broadcastmarkt regionaal te beschouwen. Wellicht reden voor de Opta om hierop aan te sturen in Europa.
