
Ziggo en UPC maken het wholesaletarief voor analoge tv bekend dat zij voorstellen aan de Opta en de concurrenten. Met zo’n 11 resp. 12 euro liggen zij boven de verwachtingen van de beoogde nieuwkomers in de markt. Van hen is alleen YouCa concreet met zijn visie op wat het wholesaletarief zou moeten zijn: ergens tussen de 4,50 en 6,00 euro, aldus mede-oprichter Peter Jelgersma, die zich beroept op rapporten van TNO en het Ministerie van Economische Zaken. Tele2, bij monde van consumentendirecteur Gunther Vogelpoel, laat weten het tarief ook veel te hoog te vinden. Ook Online Breedband, met Bart Heinink als woordvoerder, vindt de voorgestelde prijzen te hoog.
Op 25 augustus en 24 september worden de tariefvoorstellen van Ziggo en UPC besproken in de Industry Group WLR-C (wholesale line rental cable), waarop de Opta eind september met een implementatiebesluit komt en in oktober naar verwachting met een concept tariefbesluit komt. Daarna volgt een consultatieperiode van zes weken, zowel op Nederlands als op Europees niveau. De Opta denkt in januari 2010 met finale tariefbesluiten voor Ziggo en UPC te kunnen komen.
Overigens gaat het hier uitsluitend om analoge tv. Ook voor digitale tv moet de kabel open, maar dan niet op basis van resale maar op basis van een eigen pakket van digitale zenders van de nieuwkomer. Voor beide producten geldt de verplichting uitsluitend voor Ziggo en UPC, niet voor de kleinere kabeloperators zoals CAIW. KPN is uitgesloten van de afname van deze WLR-C diensten, uit ‘symmetrie-verwegingen’; zo ook is de kabel uitgesloten van wederverkoop van telefonie op het netwerk van KPN.
Ziggo benadrukt dat het de methodologie van de Opta heeft gevolgd bij de berekening ervan, namelijk de route ‘retail minus’. Het verwijst daarbij naar de forse investeringen die het de afgelopen jaar in zijn netwerk gedaan heeft. Zowel Tele2 en Online Breedband als YouCa verwijst naar een beroep dat momenteel tegen de Opta loopt en in februari 2010 dient bij het CBb (College van Beroep voor het bedrijfsleven). De partijen zijn het oneens met de keuze van Opta voor een retail-minus model en willen over naar een kostprijs-plus model.
Overigens benadrukt Tele2 dat het hoe dan ook de kabel op wil. Analoge tv is voor Tele2 een belangrijk product om klanten bij de kabel weg te kunnen halen. In het ergste geval zal het dus met een prijs komen die gebaseerd is op 11,05 euro wholesale (bij Ziggo). Op het retailniveau ziet Tele2 niet veel ruimte voor een verlaging ten opzichte van de Ziggo-prijs. Tele2 noemt de consument dan ook de grote verliezer. Echter, verwacht mag worden dat de onderhandelingen in ieder geval tot een kleine verlaging zullen leiden. Online Breedband is wat dat laatste betreft zelfs ronduit stellig: mede onder druk van de Opta verwacht het een flinke verlaging van het voorgestelde tarief.
Op de keper beschouwd hebben beide berekeningswijzen hun beperkingen. Het retail-minus model heeft de retailprijs van Ziggo als uitgangspunt, terwijl de retailprijs a priori niet relevant is. Dat geldt zeker voor een markt waar de aanbieder monopolist is. Met een zeer hoge retailprijs ontstaat nooit een aantrekkelijke wholesaleprijs, ook al worden alle relevante kosten ervan afgetrokken. Ook een kostprijs-plus model kent zijn beperkingen. In geval van een logge monopolist is de kostenbasis hoog, zodat ook dit model resulteert in hoge wholesaletarieven.
Toch verdedigt de Opta zijn keuze voor het retail-minus model. Dit systeem biedt een balans tussen “een disciplinerende werking op de tarieven aan de ene kant en aan de andere kant prikkelt het tot innoveren. Dit is bij kostenoriëntatie niet het geval, de kostenvoordelen komen geheel bij de nieuwe aanbieders terecht.” Met andere woorden: enerzijds moet het tarief nieuwkomers mogelijk maken, zodat de incumbent gedwongen wordt tot prijsverlagingen; anderzijds moet het voor nieuwkomers niet al te gemakkelijk worden gemaakt en moeten ze tot het bouwen van eigen infrastructuur (denk aan DTT, IPTV, satelliet, etc.) gedwongen worden. Infrastructuur-concurrentie staat immers hoog in het vaandel van de Opta.
Het ziet ernaar uit dat het gekozen model (retail-minus) zorgt voor een hoge wholesale-prijs. Ziggo en UPC nemen de kosten van alle investeringen van de afgelopen jaren mee. Dat die gericht waren op telefonie, breedband en digitale tv, en niet op analoge tv, maakt ze strikt genomen irrelevant voor de wholesale-prijs van analoge tv. Dat geeft dus aan dat er de nodige onderhandelingsruimte zit in de voorgestelde tarieven. Worden deze kosten eruit gehaald, dan komt het (aangepaste) retail-minus model mogelijk uit op een prijs die niet eens zoveel verschilt van het resultaat van een kostprijs-plus berekening.