37 procent van de Nederlanders met een 4G-abonnement is meer gebruik van maken van WiFi om toegang te krijgen tot internet dan toen zij nog een 3G-abonnement hadden. 15 procent is juist minder vaak gebruik gaan maken van WiFi om online te gaan sinds zij beschikken over een mobiel abonnement via 4G. Dat blijkt uit onderzoek van Telecompaper in januari 2017, op basis van het Consumer Panel.
Het aantal Nederlanders dat meer gebruik is gaan maken van WiFi na de overstap van een 3G-abonnement naar een 4G-variant, is de afgelopen jaren gestegen. Bij eerdere metingen van Telecompaper bleek dat 34 procent van de respondenten aangaf vaker WiFi te gebruiken nadat ze de beschikking kregen over een 4G-abonnement. Net als in de voorgaande jaren blijft het percentage mensen dat meer noch minder gebruik zegt te maken van WiFi met hun smartphone ongeveer gelijk, op 46 procent.
Uit deze cijfers kan volgens Telecompaper geconcludeerd worden dat mobiel internet en WiFi complementair aan elkaar zijn. De opkomst van veel sneller mobiel internet met grotere databundels leidt er vooralsnog niet toe dat Nederlanders gemiddeld genomen minder vaak WiFi-toegang gebruiken voor online diensten. Eerder dit jaar bleek al uit onderzoek van Open Signal dat Nederlanders mondiaal het vaakst gebruik maken van WiFi met hun mobiele toestel. (68,5% van de totale tijd die zij met hun mobieltje online zijn).
Een nipte meerderheid (51%) van alle Nederlanders maakt inmiddels gebruik van een van de vier 4G/LTE-netwerken in Nederland. Dat bleek onlangs uit een meting van Telecompaper in januari 2017. Ter vergelijking: in september 2013 was nog maar 2 procent van de Nederlanders actief op een 4G-netwerk. 69 procent van de Nederlanders geeft aan een 4G-geschikt toestel te hebben, een jaar eerder was dat nog 54 procent, in september 2013 nog 14 procent.
