
Leden van de Britse regering en van de Nationale Veiligheidsraad wisten niets van spionageprogramma’s zoals PRISM en Tempora. Dat stelt voormalig minister en parlementslid voor de Liberal Democrats Chris Huhne tegen de Britse krant The Guardian. Deze krant heeft de afgelopen maanden veel informatie over spionageactiviteiten van de Amerikaanse geheime dienst NSA en de Britse tegenhanger GCHQ naar buiten gebracht. Volgens The Guardian neemt de roep vanuit de politiek voor beter toezicht op inlichtingendiensten toe.
Op basis van gegevens van de Amerikaanse klokkenluider Edward Snowden bleek dat de NSA en de FBI via het PRISM-programma veel gegevens konden verkrijgen over e-mail en ander internetverkeer van miljoenen burgers buiten de VS. De Britse geheime dienst GCHQ heeft via het Tempora-programma vergelijkbare activiteiten uitgevoerd. The Guardian en het Duitse Der Spiegel brachten recent naar buiten dat het internationale telefonieverkeer van de Belgische operator Belgacom sinds 2010 op grote schaal is afgeluisterd. Ook internationale organisaties zoals de NAVNO en de Europese Commissie, gehuisvest in Brussel, zijn hiervan het slachtoffer geworden.
Volgens Huhne waren kabinetsleden in totale onwetendheid over de spionageprogramma’s, die grote vraagtekens plaatsen bij de rechten van overheden om burgers te bespioneren. Ook in de Nationale Veiligheidsraad (NSC), waar behalve kabinetsleden ook hoofden van MI5, MI6, GCHQ en militaire inlichtingendiensten in zaten, werd er over programma’s zoals Tempora niet gesproken, aldus Huhne. Hij stelt dat het toezicht op geheime diensten duidelijk aan vernieuwing toe is.