
BT Nederland, onderdeel van de Britse communicatieaanbieder BT, spant een kort geding aan tegen de Nederlandse Staat. BT Nederland wil dat de heraanbesteding van het cluster vaste telefonie in het kader van overheidsaanbesteding OT2010 stopgezet wordt. De bestaande aanbieders KPN en Tele2 beschikken over gegevens met betrekking tot ISDN-locaties en belprofielen en kunnen hierdoor volgens BT een betere offerte uitbrengen. Het programmateam van OT2010 wil deze specifieke informatie niet aan andere mededingers verstrekken, omdat de informatie niet of lastig te verkrijgen zou zijn. BT, dat eerder al een formele klacht indiende omtrent de gang van zaken, neemt met de verklaring van het programmateam geen genoegen en stapt naar de rechter. Het cluster vertegenwoordigt een waarde van 15-20 miljoen euro per jaar.
Het Rijk heeft op 15 februari de voorwaardelijke heraanbesteding van het cluster Vast van OT2010 geopend. Marktpartijen die mee willen dingen naar het contract voor het cluster Vast, kunnen tot maandag 28 maart 12.00 uur een offerte indienen. De (her)aanbesteding werd nodig nadat een rechter de aanbesteding stillegde. KPN won in 2010 de aanbesteding voor het cluster vaste telefonie. Tele2 vond de gang van zaken niet eerlijk (KPN had interne wholesale-korting bedongen die pas direct voorafgaan aan het einde van de inschrijving voor de aanbesteding openbaar werd gemaakt) en stapte naar Opta. Na signalen van Opta gaf OT2010 de opdracht aan Tele2.
KPN stapte vervolgens ook weer naar de rechter. Die stelde KPN op 11 januari in het gelijk. Volgens de rechter had de Nederlandse Staat (in de vorm van de projectorganisatie) een uitsluitingsgrond voor KPN gehanteerd die niet vooraf kenbaar was gemaakt. Het beroep daarop door de staat was onrechtmatig. Daarmee lag de openbare aanbesteding weer volledig open.
Er lopen nu nog procedures in hoger beroep, uitspraak waarschijnlijk 12 april. Het programmateam van het Rijk spreekt dan ook van een voorwaardelijke heraanbesteding, omdat deze aanbesteding zal worden ingetrokken als de rechter in het hoger beroep een uitspraak doet die het alsnog mogelijk maakt om op basis van de oorspronkelijke aanbesteding rechtmatig te gunnen (aan KPN). Als de Staat in hoger beroep gelijk krijgt, kan het programmabureau een nieuwe gunning doen op basis van het oorspronkelijke aanbestedingsproces, dus zonder heraanbesteding.