
Het doorvoeren van een korting op wholesale tarieven voor zakelijke vaste telefonie door KPN is op een onhandig tijdstip gebeurd. Dat de KPN-afdeling die onderhandelde met de overheid over een telefoniecontract de korting wel in haar prijzen kon doorberekenen en externe wholesale business partners niet, was een ongelukkige samenloop van omstandigheden.
Dat betoogde KPN op vrijdag 24 december tijdens een zelf aangespannen kort geding over het verlies van het OT2010-contract voor zakelijke telefonie aan Tele2 Nederland. KPN verloor dat contract nadat Tele2 bij toezichthouder Opta een klacht had ingediend. KPN zou het doorvoeren van de korting - die het verplicht aan alle wholesalepartners moet aanbieden - pas een uur voor afloop van het aanbestedingstraject naar buiten hebben gebracht.
De aanbesteding zou hierdoor niet door zijn beïnvloed, aldus de advocaat van KPN voor de rechter. KPN vordert, zo schrijft HFD, intrekking van het gunningbesluit en eist dat het alsnog het contract krijgt. De driejarige cluster heeft een waarde van 15 tot 20 miljoen euro per jaar.
Opta maakte op 24 november bekend dat er een onderzoek zou volgen naar de klacht van Tele2. Een dag later schortte de projectorganisatie van het Rijk de aanbesteding op. Volgens Opta zou KPN bij de bewuste aanbesteding actietarieven eerder aan haar interne afnemer bekend hebben gemaakt dan aan haar externe afnemers. Tele2 zou hierdoor zijn benadeeld en die partij heeft de zaak vervolgens bij Opta aanhandig gemaakt.
Het besluit van Opta om was voor de Staat reden om de vaste telefoniediensten niet meer aan KPN te gunnen, maar aan Tele2. KPN is daarop een kort geding tegen de Staat gestart. In verband met dat kort geding heeft KPN de voorzieningenrechter van het College van beroep voor het bedrijfsleven gevraagd een voorlopige voorziening te treffen ten aanzien van het besluit van Opta, maar omdat deze het besluit van Opta vooralsnog onderschrijft wordt dit verzoek afgewezen.