
De aanleg vindt plaats in het buitengebied van de gemeenten. Dat zijn gebieden waar nog geen andere breedbandvoorziening als coax of glasvezel aanwezig is. De volgorde waarin de gemeenten aan de beurt zijn is als volgt: Berkelland, Winterswijk, Oost Gelre, Aalten, Lochem, Zutphen, Oude IJsselstreek, Doetinchem, Bronckhorst, Doesburg en Montferland.
Minimaal 50 procent van de inwoners in het buitengebied moet meedoen. Dit betekent dat ze een abonnement bij een van de dienstaanbieders moeten afnemen. De inwoners kunnen kiezen uit diensten van verschillende aanbieders. Waarschijnlijk dezelfde als nu ook op het glasvezelnetwerk actief zijn. Voor consumenten zijn dat Caiway, Solcon en Fiber. Ondernemers kunnen terecht bij de zakelijke dienstenaanbieders WeServe en CBizz. Naast een abonnement bij een dienstaanbieder betalen de bewoners een vastrechtvergoeding van 9,95 euro per maand.
CIF gaat bij de aanleg van de glasvezel niet uit van gemeentegrenzen maar van deelgebieden. De grens wordt dan bijvoorbeeld gevormd door een spoorlijn of een kanaal. Dat betekent dat sommige inwoners van de ene gemeente meegaan met de volgende gemeente. Hoe die geografische grenzen precies lopen is pas bekend op het moment dat een gemeente aan de beurt is.