Inadequate regulering belemmert de werking van de Europese telecommarkt, stelt de Europese Commissie, DG Information Society, in een jaarlijks rapport. Daardoor blijven consument en bedrijfsleven verstoken van de voordelen van de gemeenschappelijke markt. De markten zijn te lokaal en het concurrentieniveau varieert bovendien van lidstaat tot lidstaat. De nationale regelgevende instanties op het gebied van telecom laten de handhaving van de EU voorschriften soms jaren aanslepen.
In de Digitale Agenda voor Europa dringt de Europese Commissie er bij de telecomsector en de regeringen van de EU op aan samen te werken aan maatregelen om alle burgers en bedrijven toegang te geven tot snel breedband en interactieve communicatiediensten.
De Europese telecommarkt noteerde in 2009 weliswaar een nulgroei, maar stak toch positief af ten opzichte van de economie als geheel, die een krimpvan 4,2 procent voor de kiezen kreeg. Zowel op wholesale als of retailniveau blijven aanzienlijke prijsverschillen tussen de lidstaten bestaan, concludeert de Europese Commissie. De rol van de toezichthouders is daar gedeeltelijk debet aan. Ook stoort het de Commissie dat in sommige landen glasvezelnetwerken wel op wholesaleniveau worden gereguleerd en in andere niet. Later dit jaar verschijnt een aanbeveling over NGA netwerken. Het Europees bureau Berec speelt daarin een rol.
De toegang tot breedband is in januari gestegen tot 24,8 per 100 inwoners, met Nederland en Denemarken in de kopgroep. Bij mobiel breedband halen Finland, Portugal en Oostenrijk gebruikspercentages van meer dan 15 procent.
Dankzij flat rate tarieven en hogere breedbandsnelheden zijn de prijzen voor internetverbindingen in 2009 gedaald. Voor mobiele gesprekken betaalde de consument in de EU 7 procent minder dan in 2008 en daalde de gemiddelde prijs per minuut van 14 eurocent naar 13 eurocent.
