
De meeste EU-lidstaten voldoen aan de minimumeisen bij de promotie van Europese audiovisuele werken. Er moet echter nog meer gebeuren om het vertonen van films, tv-programma’s en andere audiovisuele content uit andere EU-lidstaten te stimuleren. Dat blijkt uit een inventarisatie van de Europese Commissie.
64,3 procent van alle op tv getoonde audiovisuele content – live en gestreamd (VoD) – in EU-lidstaten is afkomstig uit de EU zelf. Dat is ruim boven de minimumeis van 50 procent uit de audiovisuele mediadiensten richtlijn. Het merendeel (91,9%) is echter van eigen bodem. Het aandeel van onafhankelijke producties op tv ligt met 33,8 procent ruim boven de minimumgrens van 10 procent maar is dalende.
Volgens EU-Commissaris Neelie Kroes is er genoeg behoefte aan het bekijken van audiovisuele content uit andere EU-lidstaten, terwijl ook de technologie klaar is voor het delen van content over grenzen heen. Kroes hoopt dat de mediabranche meewerkt aan het stimuleren van fenomenen zoals connected tv (met internetaansluiting) om de verspreiding van content over grenzen van de lidstaten heen.