
Het ministerie van V&J consulteert een wijziging in de Auteurswet. Die moet ervoor zorgen dat alleen nog “geschriften met een oorspronkelijk karakter of persoonlijk stempel
van de maker bescherming genieten op grond van de Auteurswet”. De geldigheid blijft 70 jaar, maar de toepasbaarheid moet kleiner worden. Daarnaast moet het gemakkelijker worden om werken uit te wisselen. Voor de zogenaamde geschriftenbescherming is geen plaats meer onder het auteursrecht.
Het kabinet vindt dat de tekst van de Auteurswet, ingevoerd in 1912, niet meer aansluit bij het tempo waarin de techniek verandert. Het pleit bij de Europese Commissie om het auteursrecht flexibeler, technologieneutraal en toekomstvast te maken.
Het kabinet heeft in het regeerakkoord afgesproken dat het auteursrecht zo wordt gemoderniseerd dat recht wordt gedaan aan de bescherming van creatieve prestaties zonder dat de gebruiksmogelijkheden voor consumenten in het gedrang komen.
Tegelijkertijd moet het auteursrecht niet onbedoeld in de weg staan aan het creatief hergebruik van bestaand materiaal of het innovatief gebruik van informatie en de eenvoudige uitwisseling daarvan.
Geschriftenrecht weghalen
Naast het auteursrecht bestaat er op dit moment een geschriftenbescherming, als een afgeleide vorm, bedoeld voor onder meer advertenties, prijscouranten, catalogi, theaterprogramma’s, dienstregelingen, gebruiksaanwijzingen en telefoongidsen. Veel van de bepalingen uit het Auteursrecht gelden hier ook. De reikwijdte van deze geschriftenbescherming is in een serie zaken door de Hoge Raad aangegeven, waardoor de consistentie volgens het kabinet ontbreekt.
Het kabinet vindt dat het geschriftenrecht qua karakter meer thuishoort in het mededingingsrecht dan in de Auteurswet. Het zou er vooral toe dienen om de investeringen in werken beschermen, dus meer ten dienst staan van de uitgever dan van de auteur. Een van de uitwerkingen is bijvoorbeeld dat rechtstreekse ontlening verboden kan worden – alleen vrije nieuwsgaring kan dan nog.
De conclusie daaruit is dat het geschriftenrecht niet meer past bij de Auteurswet, op het moment dat die is gemoderniseerd. Uitgevers zouden zich in plaats daarvan op het mededingingsrecht kunnen beroepen en ook op het Burgerlijk Wetboek. Het kabinet wil met een publieke consultatie een beeld krijgen van de gevolgen voor de markt.
Alleen werken op papier
De wetswijziging gaat nadrukkelijk over geschriften, waarmee bedoeld wordt: boeken, brochures, nieuwsbladen, tijdschriften en alle andere geschriften. De toelichting bij de consultatie maakt niet duidelijk hoe zich dat verhoudt tot publicaties op internet.
Het wetsvoorstel komt op een moment dat grotere Europese uitgevers strijden tegen internetbedrijven, (met Google als de belangrijkste), die nieuws overnemen en presenteren in zoekresultaten. In Frankrijk en België hebben deze uitgevers daarmee concessies afgedwongen. Ook de Nederlandse (kranten) uitgevers klagen dat hun inkomsten onder sterke druk staan.
Eenieder kan reageren op deze publieke consultatie, tot en met 11 april.