
De komende vijf jaar stijgen de inkomsten uit digitale televisie, stelt PwC in het rapport Entertainment & Media Outlook for the Netherlands 2010 – 2014. De som van abonnementsgelden stijgt naar verwachting tot ruim 2,5 miljard euro in 2014 tegen 2 miljard euro in 2009. Een factor van betekenis hierbij is de opkomst van digitale televisie. Digitale televisie kan meer kanalen en de HD-standaard doorgeven, en is geschikt voor het snelgroeiende video-on-demand.
De aanbieders van digitale televisie (satelliet, DVB-T en IPTV) winnen de komende vijf jaar gestaag terrein op de kabel. Het marktaandeel van kabel daalt van 71,5 procent in 2009 naar 59,9 procent in 2014. Het marktaandeel van Digitenne stijgt van 11,4 procent in 2010 naar 12,9 procent in 2014. Het marktaandeel van DTH (CanalDigitaal) stijgt van 13,1 procent in 2010 naar 16,1 procent in 2014. Het marktaandeel van IP TV stijgt naar verwachting in diezelfde periode van 4 procent naar 11,1 procent.
Ten opzichte van vorig jaar stijgen de bestedingen aan video-on-demand dit jaar met meer dan een kwart naar 115 miljoen euro. De komende vijf jaar groeien de bestedingen als gevolg van technologische ontwikkelingen met gemiddeld 30,4% naar 343 miljoen euro in 2014. Mobiele televisie zal in 2014 goed zijn voor een opbrengst van 24 miljoen euro.
De Nederlandse televisie- en radio-omroepen hebben een lastig financieel jaar 2009 gehad. De inkomsten uit tv-reclame liepen met 8,8 procent terug, die uit radio met 8,3 procent. Mede als gevolg van de teruglopende reclame-inkomsten kromp de totale televisiemarkt in 2009 met 1,4% naar 3,35 miljard euro. De radiomarkt voelde de recessie nog harder en kromp vorig jaar met 4,6% naar 453 miljoen euro. De PwC-outlook voorspelt dat de bestedingen in de TV-sector van 2010 tot en met 2014 er veel gunstiger uitzien. Maar daar staan naar verwachting forse overheidsbezuiniging voor de publieke omroepen tegenover.