
86 procent van de Nederlandse huishoudens kijkt naar digitale tv op minstens één toestel, tegen 84 procent een jaar geleden. 60 procent heeft een tablet. Dat blijkt uit de Media Standaard Survey (MSS) die door TNS NIPO wordt uitgevoerd in opdracht van SKO en enkele andere organisaties.
In de eerste helft van 2015 werden er 3.016 huishoudens en 2.550 individuen van 13 jaar of ouder ondervraagd. Als platform voor digitale tv wordt 55 procent kabel gemeten, 13 procent IPTV over DSL, 8 procent over FttH. 7% van de huishoudens ontvangt TV via Digitenne op één van de toestellen en 6% heeft een schotel.
36 procent van de huishoudens heeft een DVR in de settopbox (26%), in een DVD-speler (13%) of anderszins. Het percentage huishoudens met een DVD speler is gedaald van 51% in de tweede helft van 2014 naar 47%.
Het bezit van smartphones blijft significant toenemen: dit groeit nu naar 73 procent. In de tweede helft van 2014 was dit 63 procent. In 92 procent van de huishoudens is een computer aanwezig, met toegang tot internet. De penetratie van Connected TV’s is in een jaar tijd gegroeid van 23 naar 31 procent.
Tablets zijn aanwezig in 60 procent van de huishoudens tegen 55 procent een jaar geleden. De connected devices voor de conventionele tv zijn aan een opmars begonnen. Een Apple TV, Google Chromecast of anders is in 11 procent van de huishoudens te vinden, bijna een verdubbeling.
Via een andere methodiek komt Telecompaper tot een aantal aansluitingen voor digitale televisie van 7,87 miljoen aan het eind van het eerste kwartaal. Kabel heeft daarin een marktaandeel van 53,5 procent, voor DSL met 17,5 procent en glasvezel met 11 procent.