Slechts negen EU-landen hebben de nieuwe Electronic Communications Code ingevoerd, die telecom- en onlinecommunicatiediensten regelt. Het was de bedoeling dat de wetgeving eind 2020 door alle EU-lidstaten in nationaal recht zou zijn omgezet. Als gevolg hiervan is de Europese Commissie een formele inbreukprocedure gestart tegen 18 landen.
De landen die de wetgeving nog niet volledig hebben overgenomen, zijn Nederland, Estland, Spanje, Kroatië, Ierland, Italië, Cyprus, Letland, Litouwen, Luxemburg, Malta, Oostenrijk, Polen, Portugal, Roemenië, Slovenië, Slowakije en Zweden. Ze hebben twee maanden de tijd om de situatie recht te zetten of de Commissie kan bij het Hof van Justitie zaken aanhangig maken tegen de landen wegens niet-nakoming van hun verplichtingen.
Het ministerie van EZK heeft het wetsvoorstel op 21 juni 2021 aangeboden aan de Tweede Kamer. Een deel van de Telecomcode is al aangenomen in een eerder wetsvoorstel rond replicatiebelemmeringen.
Dit is de tweede fase in het inbreukproces, nadat in februari 24 landen te horen kregen dat ze de deadline hadden gemist. Sindsdien hebben Bulgarije en Denemarken de omzetting van de code voltooid, en de goedkeuring door België en Duitsland wordt door de Commissie onderzocht. Tsjechië en Frankrijk hebben ook verdere vooruitgang geboekt en hebben de richtlijn gedeeltelijk aangenomen.
De nieuwe regels, die eind 2018 werden goedgekeurd, herziet de EU-telecomregelgeving en introduceerde een nieuwe focus in de toegangsregelgeving op het aanmoedigen van de uitrol van gigabit-infrastructuur en de uitbreiding van veel regels naar aanbieders van op internet gebaseerde communicatiediensten. Het omvat een breed scala aan regelgeving, van het harmoniseren van gespreksafgiftetarieven en spectrumlicenties in de hele EU tot ervoor zorgen dat apps zoals Skype en WhatsApp de consumentenrechten en contractvoorwaarden respecteren.
Deadline mediarichtlijn jaar verstreken
Tegelijkertijd heeft de Commissie aangegeven dat negen landen de meest recente richtlijn audiovisuele mediadiensten, een jaar na de uiterste datum voor omzetting, nog niet hebben aangenomen. Dit zijn Tsjechië, Estland, Ierland, Spanje, Kroatië, Italië, Cyprus, Slovenië en Slowakije. Ze hebben twee maanden de tijd om de situatie recht te zetten, anders zal de Commissie verdere stappen ondernemen.
