
In dat onderzoek komt onder meer naar voren dat OTT al flink tractie heeft in Scandinavië, Nederland en het Verenigd Koninkrijk terwijl de uptake in Frankrijk, Spanje en Portugal nog achterblijft. De omzet uit OTT en video kwam vorig jaar in West-Europa uit op 6,4 miljard dollar en in 2021 moet deze op 14,6 miljard dollar liggen.
De stijging bedraagt dus zo'n 8,2 miljard dollar waarvan het VK 2,3 miljard dollar voor zijn rekening neemt, gevolgd door Duitsland (1,3 miljard dollar), Frankrijk (1,1 miljard dollar) en Italië met iets minder dan een miljard dollar. Nog voor 2018 zal SVOD de belangrijkste omzetbron zijn, nog voor AVOD (advertising on OTT).
Het aantal abonnementen op OTT-tv- en videodiensten komt in 2021 uit op 53,71 miljoen, tegen een verwachte 31,43 miljoen eind 2016. Alleen al in 2016 komen er zo'n 8 miljoen abonnees bij in West-Europa. Tegen 2021 zal 30,7 procent van alle huishoudens in West-Europa een abonnement hebben op minimaal één OTT-tv- of video-abonnement. Dat is driemaal zoveel als de 13,6 procent van eind 2015.
Zweden zal tegen die tijd meer OTT-abonnementen tellen dan Spanje, ook al heeft het land een kwart van de inwoners die Spanje telt.Wel zal naar verwachting het aantal abonnees in Frankrijk en Italië verviervoudigen tussen 2015 en 2021, met een verachtvoudiging voor Spanje in deze periode.